Ondanks mijn retraite doe ik het toch. Een korte aantekening lijkt op zijn plaats als ik zie wat het verre nieuws mij brengt. Vanaf Kaap de Goede Hoop zie ik” het ene na het andere conflict voorbij schuiven. Het zijn dezelfde als ik in Nederland al zag, maar hier staan ze op zichzelf in een kaal landschap, zonder concurrentie van werk of alledaags geslommer. Dat heet daarom: ze komen hard en rauw binnen.
In Johannesburg kwam ik wat interessante boeken tegen, onder andere “War” van Ian Morris, geschreven in dit roerige jaar 2014. Het lijkt een no-brainer. Oorlog is helemaal nergens goed voor. Kijk maar naar Gaza, Syrië, Oekraïne of wat dan ook. Het is niet moeilijk om het idee te hebben in je gelijk te staan als je stelt dat oorlog geen doel dient waarop een gezond denkend iemand zit te wachten. Maar toch; het is met dit inzicht net zoals met eerdere ideeën” die ik al heb moeten afschrijven omdat ze te simpel waren. Ik lees dit boek met een toenemende drang om mijn mening te herzien. Ik denk dat ik met mijn populaire doorsnee opinie” over gewapende conflicten toch gewoon fout” zat. Want oorlog is wel degelijk ergens goed voor, zo leert mij Ian Morris. Mijn simpele idee dat “oorlog niet goed is” klopte eigenlijk gewoon van geen kanten. De stelling” is zelfs naïef, wereldvreemd en vooral heel erg ondoordacht.
Maar het hangt zoals wel vaker af van het tijdsinterval waarnaar we kijken. Ik hoor het rumoer van protest al rondzingen. Iedereen die mij met dit boek ziet protesteert met verve. Het gaat er bij niemand echt in. Oorlog is voor de standaard gemiddelde mens slecht, ongewenst en er is geen enkele goede reden om er een te voeren.
Het ongemakkelijke gevoel bij de eenvoud en oppervlakkigheid van het afschrijven van oorlog zat me al een hele tijd niet lekker. Ik moet de autografische stelling hierboven toch wat matigen ten gunste van mijzelf. Een pacifist ben ik nooit geweest en echt overtuigd van het idee dat we allemaal vredig met elkaar moeten kunnen leven ben ik ook niet. Ik accepteer de noodzaak van gedoseerd en temporeel geweld. Een van de meest actuele redenen hiervoor is het verloop van het conflict in Gaza. Ik heb er al genoeg over gezegd op deze plaats, maar wat als een paal boven water staat is dat geen van de strijdende partijen het idee heeft dat ze de hele exercitie voor niets uitvoert. Ofwel, er is een doel en de oorlog is het middel. Dus ja, het is daarom in de ogen van tenminste Hamas en het Israëlische opperbevel” ergens goed voor. Daar kom je met geen mogelijkheid omheen.
Ian Morris maakt een ding duidelijk en dat is dat sterke staatsvorming alleen met geweld en onderdrukking van lokale machten kan worden verwezenlijkt. Grote rijken ontstaan alleen door middel van militaire campagnes die erop uit zijn de invloed van centrale monarchen of andere staatshoofden te verkrijgen en te consolideren. Zonder oorlog was er niet zoiets ontstaan als een centraal Romeins rijk of alles wat daarvan afgeleid is. Dat laatste is wat kort door de bocht, maar we kunnen ervan uit gaan dat zonder een vergaande monopolisering van macht door” slechts enkele spelers op deze planeet – in tegenstelling tot een enorme hoeveelheid lokale krijgsheren, despootjes en weet ik wat voor een primitieve regionale leiders – we geen welvaart hadden gekend op het niveau dat we nu hebben. Nog korter door de bocht: hoe verder we terug gaan in de geschiedenis van de mensheid, hoe groter de kans dat we door een onwelwillend element in onze eigen buurt de hersens ingeslagen kregen. De cijfers zijn duidelijk. Nu is die kans voor mij misschien 0,01%, 15.000 jaar geleden was” die meer dan 20% en alles wat er tussen in ligt laat een dalende lijn zien.
De rationale is simpel. Een staatshoofd dat zijn onderdanen beschermt tegen geweld door zijn buren, kan” meer belasting heffen en kan zijn beschermelingen inzetten” in de strijd tegen rivaliserende staten. Daarvoor” is het nodig om geweld te monopoliseren. Zo is dus ook geschied.
Ik versimpel de lijn die Morris volgt maar de teneur is wel helder. Oorlog heeft in onze geschiedenis uiteindelijk vrede gebracht en het boek “War” laat dit heel mooi zien aan de hand van de meest belangrijke – productieve maar ook contrasterende niet-productieve – conflicten uit ons verleden en die van nu. (Voor de historofiel is dit een boek om je vingers bij af te likken.) Het boek doet verder” niets af aan de afschuwelijke gewelddadigheid van gewapende strijd en ook niet aan het veroorzaakte leed onder burgers, buitenlui en soldaten. Maar toch is dat alles vaak ergens goed voor (geweest). Ik had het zelf kunnen bedenken. De laatste oorlog in Europa is niet alleen door de Duitsers gevochten maar ook door de geallieerden. En ik ben toch blij dat die laatste partij niet heeft gezegd: “Ach, laat maar zitten, we geven Hitler voor de lieve vrede gewoon zijn zin.” Hoe verder ik terug ga in de geschiedenis, hoe blijer ik word van het feit dat sommige partijen op de juiste” momenten de wapenen hebben opgepakt. Hetzij om een rijk te consolideren waarvan ik nu een veilige onderdaan ben, ofwel om een opponent te bestrijden die mij het leven flink zuur had kunnen maken.
In dat licht: ik zou er niet aan moeten denken dat IS hier nu de macht zou grijpen” en ik ben blij met een staat die mij daarvoor behoedt. Wat mij betreft mag Europa zich met veel geweld en eventueel een full-scale oorlog verdedigen tegen die middeleeuwse barbaren. Zo.
Evenwel, ik realiseer mij dat” het gros van de mensen zich zal opwinden over het contra-intuïtieve inzicht dat ik hier schets. In de korte tijd dat ik het boek “War” nu probeer te bespreken komt de een na de ander met allerlei standaard teksten over de brug, die wijzen op een voorkeur voor een buitengewoon naïeve cognitieve dissonantie als het gaat om onze natuur, cultuur, staatsvorming en overlevingsstrategieën. De meesten vragen zich liever af waarom de mensheid” niet in vrede (met elkaar) kan” leven. Wat moet ik daarop zeggen? Het zit niet in ons, niet in onze cultuur en ook niet in onze geschiedenis. Oorlog is iets wat er altijd zal zijn en wat nooit weg gaat. Het hoort bij de mensen. Het verdwijnt” alleen maar als alle geschillen en verschillen dat ook doen en ik kan iedereen verzekeren dat de mensheid dan echt niet meer de moeite waard is. We zouden er erg oppervlakkig en saai van worden; makke schaapjes in een wei. Wat zei Martin van Creveld daar ook alweer over? Amputeer ons conflict-gen en ook kunst en cultuur houden op te bestaan. En progressie naar mijn mening ook. Geweld en oorlog – zegt Van” Creveld” daarmee – zijn een functie van ons mens-zijn.*
… En bij dezen” verwijs ik Jean Jacques Rousseau voor eens en voor altijd naar de prullenbak, waar hij volgens mij thuis hoort.…
*) En niet alleen van” ons mensen. Er zijn genoeg voorbeelden van dieren die dezelfde agressie als mensen tentoon spreiden. Een goed gedocumenteerd geval is de oorlog die een groep chimpansees voerde tegen een rivaliserende kolonie” in 1974 in het West-Afrikaanse Gombe. Het is geen bijzonder geval. Andere primaten, net als mensen, voeren oorlog als het ze uitkomt. Maar ook andere soorten doen er aan mee: mieren en termieten om er maar een paar te noemen. Dit feit maakt korte metten met het idee dat oorlog iets exclusief menselijks is en dat dieren in principe “beter” zijn. Dat laatste inzicht is het merkteken van de in een bubbel levende stumperd” die er om vraagt niet serieus genomen te worden…