Ik weet nog goed dat in de vroege zomer van 1982 ineens een pseudo-Europese oorlog uitbrak. Het was een kleintje, en het gebeurde ook niet echt in Europa, maar toch, er was wel iets aan de hand. Vanwege geldtekort had de Britse regering Thatcher de stekker uit een aantal patrouilles getrokken die regelmatig rond de Argentijnse eilandengroep Islas Malvinas voeren. Die patrouilles dienden vooral de kolonialistische beschermdrang van een imperialistische macht op haar retour. De eilandengroep, door Engeland hardnekkig The Falkland Islands genoemd, wordt al sinds 1833 permanent door Engeland bezet en vormt zo een van de laatste overzeese gebiedsdelen van het zieltogende Britse Rijk.
Het stopzetten van de patrouilles provoceerde Argentinië op 2 april 1982 tot een invasie van deze kusteilanden, die vanuit hun perspectief natuurlijk aan hen toebehoren. De logica is niet te ontwijken: als Engeland denkt dat Texel een van hun gebiedsdelen is, dan verzetten wij ons daar ook tegen. Helaas vond Engeland dat de Malvinas echt de Falklands moesten blijven, dus trok zij ten strijde. 72 dagen en 991 doden later hadden de Britten de eilanden weer heroverd. Die prijs was kennelijk legitiem om een stelletje Engelse eiland-krakers tevreden te houden. Als je dat omrekent naar het aantal inwoners, dan heeft bijna elke derde een dode op zijn naam. Dat moet wel een heel bijzondere gedachte voor ze zijn.
Er is voor de Britten geen goede reden om de Malvinas bezet te blijven houden, maar ook als die er wel zou zijn dan zouden ze het nog niet moeten mogen. Het is een groepje rotsen in de oceaan voor de kust van Argentinië en de enige bewoners zijn een stelletje zandhazen, die slechts blijven zitten omdat ze zich de beschermers van een stukje Brits belang op het wereldtoneel wanen. Het gaat om iets meer dan 3.000 mensen en ik kan me niet voorstellen dat die werkelijk iets te doen hebben op die steen in het water. Voor zover ik weet kun je die eilanden alleen maar als toerist bezoeken – als je van ruig en onbruikbaar landschap houdt – en verder is daar helemaal niets.
Die kluit Falklanders van nu, die als bezettingsmacht in dienst van London opereert, zit daar schijnbaar omdat de Engelse aanwezigheid een geopolitiek doel dient. Voor mij is het dan nog wel even gissen welk doel dat dan precies is. Zou het olie zijn? Nu ik er over nadenk, ik heb me dat hier wel eens eerder afgevraagd.
Soms zijn er tekenen dat de Britten de Malvinas over gaan laten aan de rechtmatige eigenaar Argentinië. Maar nu – zo meldt de Volkskrant mij vandaag -” lijkt de tegenovergestelde beweging momentum te winnen. De Britse premier Cameron – die als LibDem toch beter zou moeten weten – heeft aangekondigd de Falklands militair te willen versterken. Het is waarschijnlijk zijn antwoord op de vele Argentijnse (terechte) pesterijen die bedoeld zijn om de eilanden in een isolement te krijgen, zodat het er steeds slechter toeven wordt. Met de reductie van het aantal vastelandvluchten naar één stuks per etmaal met bestemming Chili zou dat bijvoorbeeld zomaar kunnen lukken. Het is alleen jammer dat het een verloren strijd is als Engeland haar claim op grondstoffen – die dus heel niet aan haar toebehoren – probeert veilig te stellen. Dan gaat de bezetting van de Malvinas onverminderd door totdat er niets meer te halen valt. Die laatste observatie maak ik vooral omdat ik me niet kan voorstellen dat het gezeur om “bescherming” door de Falklanders alleen voor London voldoende reden is om ook echt militair in te grijpen. Het is tenslotte een kostbaar en precair gebeuren, en dat doe je niet alleen voor de gemoedsrust van een handjevol krakers.
Hoe je het ook wendt of keert, de Britse attitude is en blijft klassiek imperialisme van het soort dat eigenlijk niet meer door Europese machten gebezigd zou moeten worden. Het geeft een wat wrange indruk van de goede Cameron, die nu een stukje onvervalste Thatcher-politiek laat zien. Het zal naïef zijn, maar ik had van hem toch iets anders verwacht.