Soms wordt er op de UNESCO-lijst van wereld erfgoed iets gezet waarvan ik me niet kan indenken dat het er ook op thuishoort. Het gaat dan om iets bijna ontastbaars, zoals een dans of een gerecht. Ik vond dat altijd heel erg gek totdat ik notie kreeg van het feit dat niet alleen de tastbare omgeving tot het wereld erfgoed kan behoren, maar dat de aspiraties van dat ding veel breder zijn. Dat wetende heb ik nog wel wat kandidaten ook: de snor van Groucho Marx bijvoorbeeld, of het loopje van Charlie Chaplin. Of wat gedacht van de geur van een vers patatje met? Als het aan mij lag dan zou ik het wel weten.
Iets serieuzer is de aankondiging dat er 17 werken van meester-architect Le Corbusier – geboren als Charles‑Édouard Jeanneret-Gris – op de UNESCO lijst terecht zijn gekomen. Nu weet ik niet helemaal of dat erg revolutionair is vanwege zijn oud-moderne stijl (ik houd van dit soort paradoxen), maar het is wat mij betreft in ieder geval terecht. Le Corbusier heeft namelijk mooie dingen gemaakt en dat wordt door UNESCO erkend. Vernieuwend was hij ook. Hij was een belangrijke visionair en één van die geniale ontwerpers die bouwen in beton een bijzondere dimensie gegeven heeft. De ontwerpen van zijn flatgebouwen, waarvan ik er eentje in Berlijn van binnen heb kunnen onderzoeken, zijn gedurfd, sociaal vernieuwend en eigenzinnig. Daarnaast vind ik ze nog mooi ook.
Voor latere referentie: de UNESCO site waarop alle prijswinnende ontwerpen van Le Corbusier zijn opgenomen staat hier. Daarop is ook zijn oerlelijke “Chapelle notre-Dame du Haut” in Frankrijk te zien. Ik sta volgens mij alleen in mijn mening over dat ding, want iedereen die ik ken – en dan vooral de architecten onder hen – vinden het een meesterwerk. Volgens mij lijkt dat misbaksel echter op een ingezakte schuimtaart waarop iemand van de weeromstuit net een hele dikke keutel heeft gelegd.
Le Corbusier was naast een vooruitstrevend artiest trouwens ook een misogyne, conservatieve macho met zeer twijfelachtige politieke ideeën. Zijn brilkeuze is daarentegen bijzonder geslaagd te noemen. Hij bevindt zich wat dat betreft in het goede gezelschap van Kurt Gödel, Heinrich Himmler en natuurlijk mijzelf.