De vertwijfeling rond Trump wordt met de dag groter. Zijn zeperd na de racistische aanslag bij Charlottesville, waarbij een jonge vrouw door een white-supremist werd doodgereden, heeft ervoor gezorgd dat steeds meer van zijn “partijgenoten” zich van hem afkeren. Hij keurt het wit-racistische geweld niet sterk genoeg af en suggereert niet eens een duidelijke stellingname tegen het ultra-rechtse gedachtegoed in zijn land. Amerika heeft last van een groot contingent neo-nazi’s, waarvan veel exponenten Trump als president hebben gekozen. Dit wordt nu wel heel erg duidelijk, want Trump pakt die idioten slechts met fluwelen handschoenen aan.
Ik lees dat twee van Trumps denktanks worden ontbonden. Het waren adviesraden voor de president, die bestonden uit CEO’s van dat door Trump zo op handen gedragen bedrijfsleven. Ook daar verliest hij nu definitief zijn voeling. De ene na de andere captain of industry wil niet meer met hem geassocieerd worden omdat ze zijn domme, inconsistente gezwalk meer dan zat zijn. Bovendien zijn er veel zakenlieden die doorkrijgen dat de economische lift niet zit waar Trump die denkt te vinden. Terwijl hij naarstig probeert om oude obsolete industrie – steenkoolwinning bijvoorbeeld – tegen beter weten in nieuw leven in te blazen, transformeren zelfs oude Texaanse olieburgemeesters ondertussen het stedelijke energielandschap van koolwaterstof naar wind en zon. Ze doen dat niet omdat het beter is voor de planeet, maar omdat het zakelijk veel interessanter is. Deze boot wordt door Trump en zijn rapslinkende aanhang genadeloos gemist. Men vraagt zich in de V.S. daarom meer en meer af: hoe “smart” is deze man eigenlijk?
Het trieste feit is dat het helemaal niet uitmaakt hoe bijdehand Trump is. Amerika heeft zich, zo lijkt het vanaf dit continent, al lang neergelegd bij een volle vier-jaar termijn van hun door de hele wereld als zeer buitenissig aangemerkte president. Trump zal goed geadviseerd worden door zijn trouwe inner-circle om niet al te domme dingen te doen, waardoor hij bijvoorbeeld een “impeachment” aan zijn broek zou kunnen krijgen. Zijn vazallen houden hem op die manier in het zadel en beschermen daarbij ook hun eigen zakelijke belangen. In de praktijk zal het circus rond “die rare president van ons” de volgende drie-en-half jaar gewoon doordraaien, waarbij de media en-passant ook nog eens historisch veel geld verdienen. Die varen wel bij de aftakelende waardigheid van het Amerikaanse presidentschap en lachen zich met een scheef oog op hun bankrekening helemaal suf. Ondertussen gaat het land in werkelijkheid haar eigen gang, vrijwel onafhankelijk van wat Trump wil. Ofwel, echt in de weg zit die rare druif dus ook niet.
Trump blijft. Daar valt niets aan te doen. Hij zal de komende jaren tegelijkertijd blijven zorgen voor de nodige hilariteit, gênant publiek narcisme en tenenkrommende ongevoeligheid, waarbij hij onder het maaiveld blijft doorwerken aan zijn toch al niet onaanzienlijke rijkdom. In zijn positie is het namelijk goed bouwen aan wereldomspannende netwerken op hoog regeringsniveau. Ik kan me voorstellen dat dit de sterkste motivator voor zijn run überhaupt was. Als ik Trumps performance en retoriek aanschouw dan wordt mij wel één ding heel erg duidelijk: hij zit niet in het Witte Huis voor de Amerikanen, maar hij zit daar voor zichzelf.