De zangeres Stella Bergsma schreef afgelopen zaterdag een geinige column in het Volkskrant Magazine. Die ging over (haar) schaamhaar. Mijn oog werd gevangen door de pakkende kop “Check die Toef”, waaronder zij uitgebreid verhaalt over de uitbundige bos haar op haar nederlanden. ” Ze stelt:
Ik schrijf dit beschaamhaard, dat mag u gerust weten. Ik houd mijn tuintje namelijk niet altijd bij en het resultaat is er naar: ik cultiveer een bewonderenswaardig benedenbos. Lommerrijk, zo kan ik het gerust noemen, met schitterende schaduwplekjes en kronkelige paadjes naar de bron…”
Het getuigt toch wel van enig lef om zoiets te zeggen in het openbaar, zeker in een tijd dat het benedenbos een taboe lijkt te zijn dat zo uit de brave jaren ’50 is weggelopen. Samen met Bergsma denk ik er het mijne over. Het benedenbos is in de verdrukking geraakt en derhalve nog slechts matig gekarteerd. Het wordt tijd dat daar weer eens verandering in komt. Want waarom worden bij zo veel dames die onderbuikse hellingen zo vlijtig leeggekapt?
Waar is het toch begonnen, die genitale kaalslag van werkelijk wereldwijde proporties? De eerste die ik er zich een hele tijd geleden al over hoorde opwinden is Caitlin Moran, die de obligate “Brazilian” in haar briljante boek “How To Be a Woman” uit 2011 ook al grote onzin en daarom je reinste dames-getreiter noemt. En gelijk heeft ze. “Een kale doos is maar voor heel even echt glad”, zegt Bergsma (ik parafraseer) in haar artikel en ik geloof haar direct. Daarna is het een onaangenaam stoppelveld waaraan je je gezicht toch akelig kunt openhalen. Dat is best suf, vooral omdat het op een fijnbegroeide stek toch bijzonder aangenaam toeven is.
Ik heb wel eens gehoord dat de Islam garen spint bij de moslim-gewoonte om vijf maal per dag te bidden. Het houdt de volgelingen relatief dociel in het gareel, alhoewel dat voor de meest verstokte fundamentalisten van die faculteit misschien een wat misleidende term is. Als je veel tijd in rituelen moet stoppen, dan is het moeilijk om echt na te denken over zaken die er wel toe doen. De tijd ervoor ontbreekt gewoon. Ik hoef er niet veel moeite voor te doen om een parallel naar de hedendaagse gladgepoesde vrouw te trekken. Zowel Moran als Bergsma gaan me daarin voor: de vrouw van vandaag heeft haast een dagtaak aan haar uiterlijk; als ze zich tenminste iets aantrekt van wat de media haar voorschrijven. Die tijd zou ze beter kunnen besteden aan echt belangrijke zaken of gewoon de dingen die ze zelf leuk vindt.
Het is niet de eerste keer dat ik het hier zeg, maar het kan geen kwaad het nog eens te doen: Beste dames, doe iedereen een plezier en laat die toef op je foef met rust. Een beetje bijknippen is leuk, maar wegscheren of kaalharsen is echt niet meer van deze tijd. Ik kan iedere vrouw verzekeren, dat als een mannenkin net zo onbescheerbaar zou zijn als de damesvoorbips, dan hadden we allemaal met baarden gelopen. Het voordeel van een scheerembargo anno 2014 zou zijn dat niet iedere vrouw er daar beneden als een prepuberaal meisje uitziet. Want dat is toch simpelweg geen porem? Een zelfbewuste vrouw preserveert het mysterieuze van haar schaamgebergte en laat het aan haar partner over om daarin rustig het juiste bosweggetje te vinden. Die gedachte alleen al vind ik vele malen opwindender dan die van een snelle mars op een welhaast kaalgelopen zandpad.
Er zijn trouwens meer redenen waarom de dames hun schaamhaar zouden moeten behouden. Een ervan is hygiëne. Lees hier verder…