Een onderzoek in het Britse Oxford heeft “aangetoond” dat honden slimmer zijn dan katten. Nu heb ik normaal gesproken een ijzeren vertrouwen in de wetenschap, en vooral in haar zelf-corrigerende vermogen, dus ik ben ervan overtuigd dat die jongens daar in Engeland nog wel op deze dwaling terug gaan komen. Iedereen kan zien dat katten veel slimmer zijn dan honden. Het is net als bij ezels en paarden, die eerste zijn ook veel slimmer dan die laatste.
Een paard kun je zichzelf in gevaar laten brengen. Je gaat er op zitten en leidt het een berg af. Klaar. Een ezel is te slim om dat met zich te laten doen. Dat wordt koppigheid genoemd, maar het is intelligentie die zich manifesteert in een gezond zelfbehoud. Paarden zijn dom, dus kun je ze goed trainen. Voor honden geldt hetzelfde. Katten daarentegen laten zich, net als ezels, niet de dienst voorschrijven. Slim!
Waarom denken die Britten dat niet? Omdat die de sociale make-up van de hond – de roedeldrang – koppelen aan hun in verhouding tot het lichaam zwaargeschapen hersens. Solitaire dieren zoals katten hebben dat niet “en zijn dus dommer”, aldus die Oxfordenaren.….
Het laatste woord is hier nog niet over gezegd. Ik weet wel: honden (en paarden) hebben een baas. Katten hebben personeel. Hoe dat voor ezels of Britten zit weet ik niet maar ik heb een vermoeden.