Nederlanders kunnen niet rijden, en ik weet ook waarom. Maar eerst even opmerken dat er meer Europeanen zijn die daar erg slecht in zijn, maar Nederlanders zijn helaas geen uitzondering. In de verste verte niet, zou ik willen stellen.
Duitsers wel. Die kunnen wel goed rijden. Die krijgen namelijk een echte grote mensen rijopleiding waarin ze een beter en verantwoordelijker verkeersgedrag krijgen aangeleerd dan Nederlanders dat in de regel krijgen. Ze kunnen ook meer, omdat ze meer moeten leren dan hier in dit Kikkelandje vereist is.
Duitsers zijn, vergeleken met de Nederlanders, met afstand de superieure automobilisten. Hier in Nederland kun je op een rotonde zelfs door een lesauto met instructeur van je sokken gereden worden terwijl je voorrang hebt. Het gebeurde me nog geen week geleden zelf. De instructrice van dienst heeft me waarschijnlijk niet eens gezien. Is dat nu het kaliber rijopleider waarvan de aspiranten tegenwoordig les krijgen? Fraai is dat.
Nederlanders rijden slecht omdat ze systematisch de verkeersregels negeren. Zo weten schoolgaande pubers volgens mij best dat ze niet met drie mensen naast elkaar kunnen en mogen rijden, maar ze doe het toch. Want het is namelijk zo gezellig. De buitenste fietser, die het risico loopt omver gereden te worden, negeert dat gewoon. Er verdwijnt daarom ook regelmatig een dergelijke sukkel onder de wielen van een auto.
Voorrangsregels bestaan ook niet in het gemiddelde puberbrein. Ik zie zelden een scholier stoppen voor een stel haaientanden of een overduidelijk “geef voorrang” bord. Afslaan terwijl daarvoor een straat gekruist wordt, waarop recht-doorgaand verkeer aankomt? Gewoon doen! Ook als je daardoor een hele rij auto’s boven op hun rem zet. Maar goed, het zijn pubers en pubers hebben nu eenmaal geen mentale slagkracht van betekenis.
Wie echter verwacht dat het stupide gedoe ophoudt met de jaren vergist zich. Ik zie studenten – straks misschien het crème de la crème van gestudeerd Nederland – zich in het verkeer net zo dom, onachtzaam en gevaarlijk gedragen als meisjes van tussen de 12 en 15. En ja, ook van die soort worden regelmatig exemplaren plat gereden.
Maar het houdt daarna ook niet op. Nederlandse automobilisten begrijpen na vele jaren nog steeds niet dat fietsers van rechts voorrang hebben op snelverkeer, tenzij er iets anders staat aangegeven. Een fietser zal dus zelden voorrang krijgen van een auto die van links komt – zelfs niet in een woonwijk met verkeersdrempels. De gedachte van de Neerlandse automobilist is eerder: “Ik zit in een auto, DUS heb ik voorrang.…” waarop hij of zij zal doorrijden. Kijk, dat is nou Nederland.
Er zijn weinig dingen erger dan onwetendheid, maar één van die dingen is in ieder geval een onterecht zelfbeeld van deskundigheid. Mensen die daarmee belast zijn, zijn gevaarlijk voor hun omgeving en voor zichzelf. Het is jammer dat deze attitude echter schering en inslag lijkt te zijn bij onze verkeersdeelnemers, waardoor regelmatig deze of gene het leven laat. Dat zou toch anders moeten kunnen.