Ik was het alweer bijna vergeten, maar de jaren ’70 van de vorige eeuw zaten vol met kapingen en gijzelingen in ons nette landje. Ik zeg nog steeds “netjes”, ondanks de golf van liquidaties die” Nederland de laatste jaren op een waar Chicago tijdens een bendeoorlog laten lijken. Dit land geeft nu eenmaal altijd een onkreukbare indruk. Wat er ook gebeurt. Dus het is niet gek dat nieuws over de Molukse treinkapers van De Punt, die in 1977 werden platgeschoten door de Nederlandse wetshandhavers en de luchtmacht, als een kleine verrassing komt. Het is toch echt gebeurd, toentertijd. Er waren in die jaren twee treinkapingen: eentje bij Wijster in december 1975. Daar gaven de kapers zich na 12 dagen over. En eentje bij De Punt, in mei 1977 dus, waarbij naar ik weet geen van de kapers hun actie heeft overleefd.
Daarnaast werden er – zo zit het tenminste in mijn hoofd – nog wat zaken bezet zoals een ambassade en een school en werd het incidentele vliegtuig gekaapt. Bij al deze acties werden ook mensen werden gegijzeld. De Franse buitenpost in Den Haag kan ik me nog goed herinneren. Bij al deze geweldsacties – van ongetwijfeld zeer desperate mensen – zat ik als kind aan de nieuwsbuis geluisterd. Het was allemaal zo spannend als een jongensboek, dat weet ik nog wel. En iedereen buiten” en op school had er natuurlijk een uitgebreide mening over, die overal in de klas, op straat en op de saaie Hollandse verjaardagsfeestjes werd geventileerd. Dat laatste had wel wat; zo kwam er eindelijk eens leven in de brouwerij bij die suffe cake en die slappe koffie.
Terrorist is een gevaarlijk beroep, evenals crimineel en gewapende roofovervaller. Ik mag er toch van uit gaan dat iedereen die zich op een dergelijk pad begeeft er ernstig rekening mee houdt dat zijn dagen geteld” zullen zijn. Om maar iets te noemen: als je nu als starter op de Nederlandse drugsmarkt aanvangt, dan weet je vrij zeker dat je gelijk het doelwit bent van rivaliserende collega’s, die hun marktaandeel met dodelijk geweld beschermen. En als je een juwelier overvalt dan zou het zomaar kunnen dat je door een gewapende baliemedewerker wordt opgewacht. In diezelfde lijn ligt de gedachte dat je bij een ontzetting kunt sneuvelen als je gijzelaars neemt bij een terroristische actie. Om kort te gaan, misdaad en terrorisme zijn gevaarlijk, vooral voor de uitvoerders ervan. Wat ik voor de volledigheid natuurlijk moet aanstippen, is dat de misdaad ook veel onschuldige en rechtschapen slachtoffers kent en dat bij terroristische acties helaas ook gijzelaars zijn omgekomen. Hetzij omdat ze werden geëxecuteerd door de terroristen, hetzij omdat ze in de weg stonden van een kogel die voor een terrorist bestemd was. Dat laatste was bijvoorbeeld bij De Punt het geval. Daar werd” de 40-jarige passagier Rien van Baarsel per ongeluk door een marinier doodgeschoten.
Vandaag treft een gek artikeltje in De Volkskrant mijn oog. De nabestaanden van de gedode Molukse Punt-kapers zijn van zins een schadevergoeding te eisen voor het verlies van hun dierbaren. Ik knipper een keer met mij ogen, maar het staat er nog steeds. Want” het is naar mijn mening” absoluut van de zotte dat de nabestaanden, van de terroristen die bij de punt in 1977 het leven lieten, voor de rechter een schadevergoeding willen eisen.” Wat is dat voor een rare omgekeerde wereld? Minister Opstelten geeft in het artikeltje gelijk aan dat een dergelijke claim geen schijn van kans maakt, omdat er ondertussen van alles verjaard is en omdat de staat bij de ontzetting ook niet verkeerd gehandeld heeft. Maar Het Punt (!) is volgens mij dat het toch vooral schaamteloos is om iets dergelijks ook maar te overwegen. Iemand wil een schadevergoeding omdat een familielid een trein heeft gekaapt en daarbij is doodgeschoten? Veel gekker moet het niet worden. Waar anders dan hier gaat het adagium op van “Eigen Schuld, Dikke Bult!”? Maar eigenlijk moet ik me er niet over verbazen. Ik herinner mij dat een soortgelijke aanspraak nog niet zo lang geleden werd ingediend door de nabestaanden van twee gewapende overvallers, die door een juweliersvrouw zijn doodgeschoten.
Die kapernabestaanden moeten niet zeuren. Ik geef het ze te doen, een kapingsactie beëindigen zonder de terroristen neer te schieten. Ik zou er de zenuwen niet voor hebben om die trein in te lopen, het hoofd koel te houden en de kapers netjes te immobiliseren met een zuiver schot door de knieschijf. Ik zou voor het hoofd gaan, met veel kogels en bidden dat ik geen onschuldige burgers raak. Het is niet voor niets dat ik voor zulk werk” in het geheel niet geschikt ben. Volgens mij is het sowieso al heel erg knap dat er bij De Punt niet meer onschuldige slachtoffers zijn gevallen. Het is in 1977 wonderwel bij die ene, zeer betreurenswaardige dood van Rien van Baarsel gebleven. En de kapers, daar kan ik met de grootste moeite” geen medelijden voor opbrengen.