De rustige winterzonnewende-week heeft als effect dat ik niet veel tegenkom waarvan ik denk dat het op deze webLOG terecht moet komen. Dat ligt niet aan de onderwerpen om mij heen, maar meer aan het feit dat ik – vanwege de volstrekt “andere dan normaal” modus waarin ik momenteel opereer – niet op een regulier opwindingsniveau zit. Ik ben niet aan het werk, houd me vooral met mijn familie bezig en het meest ingewikkelde dat ik doe is een stopcontactje repareren of een douchekraan vervangen. Het is geen raket-wetenschap allemaal.
Het geeft me echter ook de tijd om meer dan gebruikelijk de film in te duiken met mijn dame. En tijdens één van deze exercities liepen we tegen een uiterst intrigerend exemplaar aan, die we gelijk twee keer hebben bekeken. Dit was de film “Moon” (2009) van Duncan Jones.
Dat we deze film twee keer hebben gezien, heeft met het plot te maken. Achtung! Het is misschien verstandig om hier op te houden met lezen als je geen plot-spoilers wilt tegenkomen. Ik kan echter voorspellen dat het niets aan de film afdoet, ook als je hem hierna nog wilt gaan zien.
Het eigenlijke thema van de film is goed verstopt. Het gaat over een maanbasis, waar één man – ondersteund door een basisrobot luisterend naar de naam Gerty – verantwoordelijk is voor de oogst van Helium‑3, een element dat ondertussen – de film speelt in 2050 of zo – voor de volledige energiebehoefte van de aarde zorgt. Het goedje wordt op de verre zijde van de maan opgegraven door grote mijnrobots, waarna het in overmaatse thermosflessen wordt teruggeschoten naar de aarde.
De machines worden onderhouden door de astronaut Sam Bell en de volle containers worden door hem uit de mijnmachines verzameld en met een onbemande pendel naar de aarde gelanceerd. Hij heeft geluk: zijn drie jarige dienst zit er over twee weken op en dan zal hij terugkeren naar zijn geliefde en zijn drie jaar oude dochter.
De exploitatie van de basis wordt geregeld door een bedrijf met de naam “Lunar Industries” en hun pitch-line is dat zij op een schone manier voor schone energie zorgen die het milieuprobleem waarmee de oude aarde kampte heeft opgelost.
So far so good. Maar dan krijgt Sam een ongeluk terwijl hij buiten aan het werk is. Hij rijdt tegen een oogstmachine aan en zakt met zijn voertuig in een krater in de grond weg. En daar begint de film haar eigenlijke thema prijs te geven.
Ik zat me al de hele tijd af te vragen wat er zou gebeuren als hem zoiets zou overkomen. Wie zou Sam weer ophalen en naar de basis terugbrengen als er een ernstige situatie zou ontstaan waar hij niet alleen uit zou kunnen komen? Het lijkt aanvankelijk een genegeerde issue te zijn: In de scene na het ongeluk zie je hem in de ziekenboeg liggen en is hij weer helemaal opgekalefaterd. Je hebt dan de neiging om gerustgesteld adem te halen omdat er kennelijk een voorziening is die een gestrande astronaut van het maanoppervlak kan redden en weer kan terugbezorgen naar het station. Maar dan krijgt de film een wending.
Na wat heen en weer gemysterieer – ik zal hier verder geen details geven – vindt hij tijdens een missie buiten een andere astronaut, die bij één van de oogstmachines een ongeluk heeft gekregen. Sam neemt de man mee naar zijn station en daar blijkt dat beide mannen identiek zijn en allebei Sam Bell heten. Een ingewikkelde zoektocht begint en ze komen erachter wat de werkelijkheid van het maan station eigenlijk inhoudt…
Het blijkt dat het station een geheime kelder bevat, waarin zich honderden klonen van Sam Bell bevinden. Zijn huisrobot Gerty zorgt ervoor dat na elke contractperiode van drie jaar een nieuwe kloon wordt geactiveerd en van de identiteit van Sam Bell wordt voorzien. Dit is een noodzaak, want de klonen die aan het einde van hun diensttijd zitten, worden allemaal ziek van de straling waarin zij leven. Hun uiteindelijke lot is dat ze op de maan sterven, maar daar worden ze zelf volledig buiten gehouden. Lunar Industries blijkt een malafide bedrijf te zijn dat een astronaut tijdens de eerste missie al heeft laten crashen om daarmee de kloon-sequentie te starten. De gehele opzet is van te voren uitgedokterd.
En de kloon van dienst, die aanvankelijk denkt dat hij voor een periode van drie jaar op de maan heeft gezeten, komt erachter dat de hele zwendel al 15 jaar duurt.…
Verder zal ik niets meer verklappen. Het intrigerende aan de film is uiteindelijk het verborgen thema: de ethiek rond het kloneren van mensen en de rechten die een kloon zou hebben; ook na fabricage door een bedrijf. En als we willen, kunnen we dat gelijk doortrekken naar de machinewereld: wat als een machine zelfbewust wordt, krijgt hij dan rechten? Ik heb over beide een mening. Ten eerste hebben bewuste klonen uiteraard dezelfde rechten als het origineel. Bij natuurlijke klonen (eeneiige tweelingen, waarvan ik er zelf ook een ben) is dat tenslotte ook zo. Maar daarnaast hebben machines die bewust worden mijns inziens ook mensenrechten. Het uitzetten daarvan zou gelijk staan aan moord.
Het zou kunnen dat je vasthoudt aan een romantisch beeld van de mens en daarom allergisch bent voor termen als “kloneren” en “kunstmatige intelligentie”. Deze film is in dat verband een zeer geslaagde begeleiding naar een wat minder homo-centristische kijk op bewustzijn en alleen daarom al zeer de moeite waard. Daarnaast geven de mooie sets en het werkelijk briljante acteerwerk van Sam Rockwell, die de rol van de verschillende Sam Bell’s speelt, een uiterst aangenaam verpozen. Om kort te gaan: kijken dat ding!
Ik kan er nog aan toevoegen dat ik de film zelfs nadat ik het plot kende nog zeer boeiend vond. Dus mocht je tot hier gekomen zijn met lezen, dan verdient het zien van de film nog steeds een zeer warme aanbeveling.