Waar was ik op vrijdag 21 september 2012 toen in Haren onder de naam Project X een oproer plaatsvond, op FaceBook onbewust en onbedoeld gepitcht door een onwetend tienermeisje? Ik ben wel eens preventief in het hok gezet, lang geleden, dus deze vraag is legitiem. Het antwoord: ik zat bij een maat met een paar andere maten achter een glaasje Grappa, af en toe een oog gooiend op de ontwikkelingen aan het Harense front.
Dus ik heb nix gedaan. Bovendien is het te ver beneden mijn stand om me te mengen onder een meute die slechts vandalisme en sensatie in de zin heeft. Relschopperij is niet mijn meest populaire tijdbesteding om het maar eens diplomatiek te stellen. Ik ken het rapaille dat er op geilt maar al te goed van een actiever verleden, waar de politieke verhoudingen nog wel eens met geweld op staat werden gegooid. De jaren 80 waren vruchtbare jaren voor buitenparlementaire acties en massale straatprotesten. Ik kan mij goed herinneren dat daar ook provocateurs tussen liepen die een vreedzame mars konden laten ontaarden in een aardige veldslag met de Mobiele Eenheid.
Voor mij is het dus niets, dat massale en publieke gesodemieter. Maar ik heb er vaak genoeg tussen gestaan. De onruststokers die ik heb meegemaakt waren vaak under-cover politiemensen die arrestaties wilden uitlokken. Ze waren te herkennen aan hun snor. Krakers, anarchisten en autonomen liepen in mijn tijd namelijk niet met snorren, en dat hadden de brave dienders nog niet helemaal in de smiezen. Die vielen daarom op. Maar er was ook gewoon burgervolk dat wel eens een verzetje wilde en daarom de vlam in de pan liet slaan. Uiteindelijk was het niet belangrijk wie er begon. Wij kregen toch altijd de schuld.…
Al met al heb ik er altijd een stevige hekel aan gehad, dat straatgeweld. Ik vind het zelfs een van de meest afstotelijke dingen die ik ooit heb meegemaakt. Ik heb gezien hoe enorme meutes totaal kunnen ontsporen en zich tegen willekeurige medemensen kunnen keren; ogenschijnlijk spontaan en zonder aanleiding. Laat ik precies zijn; dat is in Haren niet gebeurd. Daar was het geweld vooropgezet; zij het door een actieve minderheid van de mensen die daar aanwezig was. Mij zou het niet verbazen als er gewone brave burgers onder de relschoppers zaten die normaal geen vlieg kwaad zouden doen, maar die als het ware door het vuur van het moment zijn aangestoken. Echter; bereid waren ze natuurlijk wel, die meelopers, want anders waren ze om te beginnen niet naar Haren gekomen. En ja, de gelegenheid maakt de dief. Een paar duizend jongeren in Haren bij elkaar laten komen is de kat op het spek binden. Dat kan haast niet anders dan fout lopen.
We weten nu weer hoe het zit met volk dat zich te buiten gaat aan geweld en zinloze agressie. En nieuw is het natuurlijk ook niet. Het zit in ons, dus verbaasd of verontwaardigd zijn heeft geen zin. Schaamte ook niet, want onze evolutie heeft ons dit vermogen tot revolte volgens mij meegegeven om ons voedselterritorium tegen die andere stam te kunnen verdedigen. Homo Sapiens kan daarvoor in seconden een instant leger formeren zonder al te veel tijdrovende communicatie. Het is alleen in onze huidige samenleving niet handig om dat zomaar onversneden uit te leven, dus hebben we er een dop – genaamd beschaving – op gedraaid die ons meer veiligheid geeft in deze complexe maatschappij. Daar zit echter ook het addertje onder het gras. De maatschappij die we zo succesvol geciviliseerd hebben, zit paradoxaal genoeg vol met die anderen van die andere stam; en nog wel in onze directe omgeving ook.
Dus beschaafd of niet; ik voel zelf ook wel eens een heel primitieve agressie tegen die indringer, vooral in het verkeer, binnen de microkosmos van mijn eigen auto bijvoorbeeld. En ik ben zeker niet de enige. We hebben allemaal een dun laagje beschaving over ons aapzijn heen gelegd, dat onder de juiste omstandigheden ineens geheel kan verdwijnen. En dan schieten alle remmen los.
Wat te doen in een hoogtechnologische maatschappij, die het mogelijk maakt dat de oer-sentimenten van grote hoeveelheden mensen in een mum van tijd kunnen worden opgekieteld tot oorlogssterkte? Op de een of andere manier passen onze evolutionaire make-up en onze technologie niet altijd goed op elkaar. Maar moeten we die geweldige nieuwe communicatie daarom gaan verbieden of aan banden gaan leggen? Ik hoorde gisteren op het nieuws een politieman zeggen dat dit misschien wel de manier is. Maar hoe moet dat dan? Automatiseren gaat (nog) niet (helemaal). Dus gaat er iemand – een grote relmonitor – bij FaceBook zitten om alle potentieel subversieve prikborden en directe boodschappen te onderscheppen en te wegen? Ik kan me dat niet voorstellen; alleen al niet omdat het (nu nog) een vrijwel onmogelijke taak is.
Ik zou zo gauw ook geen oplossing weten anders dan het heel hard straffen van de feitelijke daders – en niet hun ouders – van de Harense waanzin. Misschien dat daardoor de boodschap, dat dit soort rellen echt niet kan, duidelijk genoeg overkomt. Ik zou eens in de richting van Londen kunnen kijken om te zien wat daar de aftermath is geweest na de bezopen rellen en plunderingen van ruim een jaar geleden. Er zou zomaar een antwoord kunnen liggen.