Het is eindelijk echt bewezen: optimisten leven langer. Meta-onderzoek dat vijf jaar geleden de resultaten van 83 studies naar deze issue bij elkaar bracht heeft dat onomstotelijk vastgesteld. En het is niet zo’n klein verschil ook. Pessimistische mensen hebben een 30% grotere kans op ontijdig overlijden dan optimistische mensen. De Volkskrant vandaag:
“Optimisten lijken meer controle te nemen over hun leven, verduidelijkt Madelon Peters, hoogleraar experimentele gezondheidspsychologie aan de Universiteit van Maastricht. Ze eten gezonder, bewegen meer, roken en drinken minder. Dus het is de levensstijl en niet de levenshouding? Nee, er speelt meer, zegt Peters. Optimisten kampen minder met stress, bijvoorbeeld doordat ze betere sociale contacten hebben. Ze hebben minder last van een hoge bloeddruk, dé risicofactor voor hart- en vaatzieken. Dat verklaart volgens haar waarom het sterkste verband tussen optimisme en gezondheid steevast betrekking heeft op hartkwalen. Optimisten herstellen sneller na een hartoperatie en sterven minder vaak aan hart- en vaatziekten.”
De boodschap is duidelijk. Stress is een levensbedreigende factor van betekenis. Maar eigenlijk wisten we dat al. De truc is nu dat stress op een niet levensbedreigende manier moet worden gereduceerd en op een laag niveau moet worden gehouden. Dat betekent dus: sporten – op allerlei manieren – en/of relaxen. En dan niet met een biertje en een joint op de bank gaan hangen. Vooral dat laatste lijkt geen goed idee, hoe zeer het ook de basis-stress van de mens naar beneden kan krijgen. Maar wel: hoe minder je je druk maakt over van alles en nog wat, hoe beter je overlevingskansen. Wat wil je nog meer? Het leven op zich wordt al een stuk aangenamer bij een persistent optimisme dat niet weg te tremmen is. Als het dan ook nog langer duurt dan is dat helemaal mooi meegenomen.
Andersom kun je ook zeggen dat somberheid des duivels oor kussen is. Het is niet goed voor je en je hebt er niet alleen jezelf mee maar ook je omgeving. Ik zeg “wegwezen met die neerslachtigheid.”” Nu is het nog afwachten wat de farmaceutische industrie ermee gaat doen. Antidepressiva zijn tegenwoordig gedoodverfde libido-killers en ze laten je af en toe zelfs de controle over jezelf verliezen. Als ze al werken trouwens. Want dat verschilt per individu aanzienlijk. Maar een pilletje zonder bijwerkingen – waarvan je opgewekter wordt, dat je driften intact laat en waarvan je geen chronische leververzakking, hersenaandoening of permanente verslaving krijgt – zou mooi zijn. Want ik heb persoonlijk geen enkel probleem met een chemische ingreep in het brein, mits deze relatief onschadelijk is. Is het wondermiddel dan toch rode wijn? De Fransen hebben dat al heel lang door volgens mij. Die drinken zich drie slagen in de rondte en hebben naar verluidt de laagste sterfte aan hartverzakkingen.
Hoe het met hun hersens zit weet overigens ik niet. Die Galliërs” zijn erg breedsprakig over het algemeen en dat ook nog eens een keertje met een erg kleine woordenschat. Wellicht helpt ook dan de rode wijn een handje om jezelf enigszins serieus te nemen.