Er valt niet aan te ontkomen; de kans dat Silvio Berlusconi vandaag misschien toch weer de Italiaanse parlementsverkiezingen gaat winnen. Ondertussen houdt heel Europa, inclusief het intelligentere deel van” Italië zelf, haar hart vast. Sinds gisteren zijn de Italianen op die typisch mediterrane manier naar de stembus aan het druppelen. In Italië mogen ze daar twee dagen over doen, de zondag en de maandag.
Verbazend is het niet dat ze daar onder de Alpen twee dagen nodig hebben om te stemmen. Ik heb nog niet gehoord dat ze dat ergens anders ook doen, behalve misschien” in extreem” onherbergzame” gebieden zoals Afghanistan en Pakistan. Maar hebben ze daar überhaupt wel verkiezingen? In Italië is één enkele dag, zoals het in de meeste beschaafde landen geldt, echter niet genoeg. Want alles wat daar met politiek en bestuur te maken heeft duurt nu eenmaal minstens twee maal zo lang als ergens anders.
Ik weet niet waarom ik dit” eigenlijk zit op te typen. Ik heb al zo veel over Berlusconi gezegd op deze plek. Op een gegeven moment weten we het wel. Het is uit pure frustratie over mijn vaderland; dat mooie land, dat al eeuwen lang wordt afgeknepen door corrupte bestuurders en luie ambtenaren, die vooral een vaste baan willen hebben waarin ze niets hoeven uit te voeren.” Althans,” dat is wat mijn nicht de barrista uit de hoge Dolomieten mij vertelt. Als vanouds is de regio waaruit wij geëmigreerd zijn geen vriend van de federale regering en haar zakkenvullende vazallen. Daar hoog op het graniet heerst ook een dusdanig defaitisme over de toekomst van een federaal” Italië, dat de separatisten van de Lega Nord er immer rapper terrein winnen. Italië valt misschien wel een keer uit elkaar, en ik vraag me af en toe hardop af of dat wel zo slecht is. Een ding staat als een paal boven water: in een eventueel Padanië zal zo’n belabberde sufferd als Berlusconi geen voet aan de grond krijgen, ondanks zijn huidige gelegenheidsalliantie met die twijfelachtige club crypto-fascisten.
Getverderrie. Vanavond zal bekend worden wie Italië de volgende stap naar de afgrond zal laten zetten. Ik hoop op Beppe Grillo, al was het alleen maar omdat hij echt heel erg anders is dan die grijze exponenten van de heersende Gerontocratie. Misschien komt het er dan nog een keer van dat de jongeren, die nu geen schijn van kans maken op een fatsoenlijke carrière, in hun eigen land hun kansen willen zoeken en die ook kunnen gaan nemen. Nu is dat onmogelijk. Italië is oud en ziek en er zit geen millimeter beweging in die” samenleving” Dat is voor dat voortreffelijke eten en drinken dat daar vandaan komt misschien wel een goed ding, zoals het Slow Food initiatief bewijst, maar voor het land als geheel is het” desastreus. Alles wat ook maar enig potentieel heeft, zoekt zijn heil ergens anders.
Of ik dit jaar nog mijn vader zal bezoeken hangt van één cruciaal ding af: of hij Berlusconi stemt of niet. Als hij het doet dan ga ik” misschien” niet. Dan sla ik gerust een jaar over. Niet dat hem dat zal iets leren, want hij laat zich door helemaal niemand iets vertellen. Hij is wat dat betreft een echte Italiaan. Ik ook overigens, dus of ik naar mezelf ga luisteren en dit jaar verstek zal laten gaan bij La Famiglia is ook nog maar de vraag. Goed eten is een sterke motivator…
Update 25–2‑2013, 15.45 uur: Volgens de exit polls is de oud-communist Pier Luigi Bersani, de leider van het centrum-linkse blok, de voorlopige winnaar. Ik zeg: “Pfew!”