Wat zullen ze daar in het Italiaanse toch trots zijn op hun versie van de afkorting IMF. In plaats van Internationaal Monetair Fonds – IMF – gaan ze bij de spaghetti’s voor “Italiaans Maffia Fonds”.
Het klinkt wat vergezocht, maar de trieste werkelijkheid is daar. In Italië worden steeds meer kleine en middelgrote ondernemingen de netten van de Cosa Nostra (uit Sicilië), de Camorra (Napels), de ‘Ndrangheta (Calabrië) of de Sacra Corona Unita (Apulië) in gedreven. Vandaag bericht De Volkskrant over deze huiveringwekkende economische zwaartepuntverschuiving van de bovenwereld naar de onderwereld.
Deze transitie schijnt het gevolg van de economische crisis te zijn. Banken willen geen geld meer uitlenen aan ondernemers in het grote Italië, dat momenteel kampt met nog grotere problemen. En toch heeft die economie geld nodig om op gang te blijven. Er moet toch geïnvesteerd worden, nietwaar? Zelfs in dat versteende en ultra-behoudende Italië. Alleen gaat dat erg slecht als er geen fondsen voor beschikbaar zijn. En momenteel is dat dus het geval, omdat de banken in Italië nog meer op hun centen zitten dan ze dat hier in Nederland doen.
Dat heeft natuurlijk een goede reden. De Italiaanse banken doen namelijk al jaren zaken met Italianen. Sterker nog: het zijn Italianen. Dus die weten wel wat voor een vlees ze qua betrouwbaarheid in de kuip hebben. En da’s niet veel soeps; vooral niet als de ondernemer die geld nodig heeft ouder dan 40 is. Die komt namelijk nog uit een generatie die al die clandestiniteit, die het land al sinds mensenheugenis in haar greep houdt, normaal vindt.
Gelukkig vinden de jongeren zo’n sterk geprononceerde onderwereld in Italië al lang niet normaal meer. Dat resulteert echter niet in een noodzakelijke culturele revolutie, maar in een slagaderlijke leegloop van het Italiaanse kader. Ze hebben daar last van een ware brain-drain. En ik geef die jongeren die in het buitenland tenminste nog een kans maken geen ongelijk. Ik zou ook uit dat land ontsnappen als ik nog een heel werkzaam leven voor me had. Alleen blijven de ouderen wel achter, samen met hun onderneminkjes, inclusief Pizzo-verdrag en dreigende ondergang – vanwege dat chronische gebrek aan investeerbaar geld. Dus waar moeten die mensen heen met hun ellende?
Inderdaad, de achterblijvers kunnen terecht bij de op dit moment grootste en rijkste bank van Italië, het IMF dus. Die heeft momenteel namelijk zo veel geld in kas, dat ze de totale geprojecteerde Italiaanse bezuinigingen drie keer zou kunnen betalen. Zo’n 65 miljard euro.… De Italiaanse ondernemer die nu wil investeren doet dat derhalve met door de maffia – tegen woekertarieven – gefourneerd geld.” En zo gebeurt er dan toch wat de georganiseerde misdaad al zo lang wilde en wat door een vleugellamme regering maar niet kan worden voorkomen: de verzamelde maffia ordes krijgen langzaam maar heel erg zeker een steeds stevigere greep op de Italiaanse economie en nemen er grotendeels bezit van.
Er is niets tegen te beginnen, die maffia. Er heeft in de hele Italiaanse geschiedenis maar één methode echt goed gewerkt, en dat is die van Mussolini. Hij liet door zijn paladijnen nog meer en nog heftiger geweld gebruiken dan de maffia zelf deed, en daar hadden ze kennelijk respect voor. Het is overbodig om te stellen dat dit vandaag de dag niet meer kan, maar toch; je zou het haast willen. Als er niets verandert aan de gang van zaken in dat land, dan is de maffia straks lid van de Europese Unie – en van de Euro. We moeten ons afvragen of we dat verdrag niet voor die tijd willen openbreken.