Ik heb een vrije wil en die neemt niemand mij af. Ook niet de vele wetenschappers die naar aanleiding van veel onderzoek en noeste analyse ondertussen kunnen aantonen dat dit misschien anders in elkaar zit dan ik denk. Er wordt door velen – over het algemeen leken, waaronder ook beter geïnformeerde leken dan ik – zelfs gesuggereerd dat de vrije wil niet bestaat, of in een volledig rationeel universum zelfs niet kan bestaan, zoals militante deterministen stellen.
Ik geloof er toch in, anders valt er wel een erg belangrijke basis onder mijn bestaan weg. Ik conformeer mij aan wat een enkele commentator al stelde in De Volkskrant: “Als je niet in vrije wil gelooft, dan ben je gehandicapt.” Het is geen religieus geloof dat mijn vrije wil overeind houdt, want dat heb ik voor zover ik kan overzien niet. Het is eerder een handige interpretatie van de feiten zoals die de laatste paar jaar uit de “state of the art” psychologie aan mij voorbijtrekken, die dat doen. Want waarom zou ik geen vrije wil hebben?
Er is een voor de hand liggend antwoord dat uit de hard-nosed wetenschap komt, en dat luidt: Als ik een vrije wil heb, dan zou ik spontaan iets moeten kunnen bedenken en daarop een handeling kunnen baseren. Ik zie een mooie meid, ik schat mijn kansen en ik fluit naar haar. Die afloop wordt geheel door mijzelf in elkaar geflanst en is het gevolg van mijn eigen keuze om een fraaie dame een compliment te geven. Althans, dat is wat ik zou willen denken.
In wekelijkheid echter, gebeurt er van alles in mijn hoofd voordat ik de waarneming omzet in een gedachte die kan worden gevolgd door een keuze, die weer uitmondt in een actie. Dat verzin ik niet zelf, maar dat zijn meetbare – en gemeten – activiteiten, die erop wijzen dat mijn brein al bezig is met het voorbereiden van een handeling voordat ik er mij bewust van word. Dit fenomeen laat onderzoekers denken dat de vrije wil niet zou bestaan. Immers, hoe kan ik nu vrije wil hebben als mijn hersens al dingen gaan doen voordat ik heb bedacht dat ik iets wil doen?
Ik speculeer dat de vertraging tussen bewust een actie uitvoeren en het bedenken ervan op onbewust niveau niet inhoudt dat er geen vrije wil bestaat. Mijn vrije wil bestaat wel degelijk, anders zou ik de speelbal van de impulsen om mij heen zijn en dat ben ik niet. Maar wat betekent het dan dat ik mij later bewust ben van een actie dan mijn reeds vooraf op de actie anticiperende brein? Is mijn brein soms eerst bewust en veegt het dat spoor uit voordat ik bewust bewust een handeling bedenk en uitvoer? Dat zou een overlevingstactiek kunnen zijn die mijn hersens anders laten reageren op mijn omgeving dan een enkeltrapraket dat zou doen. Het zou betekenen dat we ons zelf voor de gek houden om zo anders – lees “beter” – te reageren op impulsen uit onze omgeving. Kennelijk heeft de evolutie ons die truc bijgebracht en dat heeft ze niet voor niets gedaan.
Speaking of which: voor een andere uitleg is er een videootje van de meester himself, die in het verleden knap geïrriteerd heeft gereageerd op de schijnbare tegenstelling tussen determinisme en vrije wil. Volgens Dennett is dat een non-issue en valt of staat het een en ander bij de juiste formulering van wat vrije wil nu eigenlijk is. Ik heb in dat verband wel eens eerder iemand horen zeggen dat “ons vigerende inzicht in de evolutie van soorten ons niet ontslaat van het stellen van de vraag over wat er eerder was: de kip of het ei…”
Het zijn soms net mensen, die filosofen. Die kip en dat ei, het is ordinair filosofisch bank-hangen als je het mij vraagt.