Ze zijn goed bezig, die mannen van de Nederlandse Academische Ziekenhuizen. Ik lees twee zaken die me buitengewoon deugd doen.
Ten eerste wil het Rotterdamse Erasmus Medisch Centrum zelf dure medicijnen gaan maken om de uitmelkerij van de farmaceutische industrie te omzeilen. Het stoort de hoge heren en dames bij het EMC – en vele anderen met hen – al jaren dat die legale drugspushers een ongelofelijke berg geld blijven verdienen aan de ellende van anderen. Waarschijnlijk worden er winsten gemaakt die elk voorstellingsvermogen te boven gaan, alleen weten we dat niet zeker. De boeken van de farmaceutische industrie zijn geslotener dan de kelders van het Vaticaan. Dus nagaan of de R&D kosten zijn terugverdiend kunnen we niet. Het gevolg is dat we zijn overgeleverd aan de goodwill van een club die het belang van de aandeelhouders toch voor alles stelt. In die zin verschilt ze niet van de tabaks- of wapenproducenten.
Geld is een belangrijk motief voor die medicijnbakkers; belangrijker dan het welzijn van de mensheid als je het mij vraagt. Het bewijs is volgens mij wel afdoende geleverd door de schitterende afwezigheid van een medicijn tegen malaria. Als de markt daarvoor in Europa had gelegen, dan was het er al lang geweest. Laat ik eens chargeren: kennelijk valt er in de ontwikkelingslanden niet genoeg te verdienen, dus er is door de industrie nooit echt serieus onderzoek naar gedaan of een effectief ontwikkelingstraject voor opgestart.
Wie weet zit er nog een mooi bijeffect van de klimaatverandering in de pijplijn. Er zijn al malariamuggen in Zuid-Europa gesignaleerd, heb ik me laten vertellen. Zodra de eerste malariagevallen aan het zonnige Lloret de Mar opduiken en onze Neerlandse pubers met die ziekte beginnen thuis te komen – naast de reguliere geslachtsaandoeningen uiteraard – dan hebben we de poppen aan het dansen. Dan zal de farmaceutische industrie wel in beweging komen dunkt me.
Item twee: het Nijmeegse Radboud laat zich in het nieuws niet onbetuigd. Zij wil systematisch gaan onderzoeken of het zo vaak geclaimde effect, dat Ibogaïne vrijwel elke hardnekkige substantie-verslaving kan tegengaan, ook hout snijdt. Ik weet uit eigen ervaring dat dit zo is. Ik heb het zelf gezien, toen ik werd meegenomen op de meest heftige trip die ik in mijn leven ooit heb meegemaakt. De mensen die ik daar om mij heen zag en die heftig verslaafd waren aan sigaretten, cocaïne en weet ik wat nog meer, waren tijdens de duivelssessies zo “clean as a whistle”.” Dus ik zeg: “doen met dat spul!” Die zachte handschoentjes moeten ook maar eens uit als het om die junkies gaat. Lekker door de Iboga-hel heen halen, dat zal ze leren… Mij heeft het – als niet-junkie overigens – ook geen slecht gedaan.
Het doet me er wel aan denken dat ik misschien een voorraad Iboga moet gaan inslaan. Voordat je het weet is het in dit land ineens verboden, net als de paddo’s. Die geweldige maatregel kan met overtuiging een van de grootste fuck-ups van onze overheid van de laatste tien jaar genoemd worden – althans, als het om het vaderlandse drugsbeleid gaat. Beter was het als iedereen die zichzelf serieus neemt één Iboga-trip in zijn leven neemt; als initiatieritueel tot de volwassenwording. Ik heb nog steeds de rotsvaste overtuiging dat iemand die deze ervaring niet heeft, kan worden beschouwd als een onervaren maagd als het gaat om zelfinzicht. Voor mij is de cesuur niet meer weg te denken. Er was een tijd voor en een tijd na Iboga.