Vandaag heb ik de zoveelste spellingswijze voor de naam van de Libische dictator gezien, maar dat komt omdat ik zelf misschien niet altijd even systematisch kijk. Ik ga vanaf nu proberen standaard de laatstgebruikte versie van de Volkskrant te hanteren.
Dat gezegd hebbende weet ik niet hoe consequent die Volkskrantredactie is, maar soit. Ik heb het in ieder geval over Khadafi. Mijn oog is namelijk gevallen op de in mijn ochtendkrant beschreven opbloei van de spotprenten en cartoons die nu over hem verschijnen. Vroeger was zoiets levensgevaarlijk – net zoals het nu gevaarlijk is om de profeet Mohamed af te beelden in een humoristische of kritische context – maar nu schijnt het in Libië over Khadafi allemaal te kunnen.
Ik ben in het begin van de jaren ’80 wel eens in Moskou op bezoek geweest. Ik geloof dat Gorbatsjov net een paar maanden aan de macht was. Die periode vormde de staart van een oer-repressief Sovjet regime van toen al rond de 70 jaar, in een donker en lelijk land, dat stijf stond van de redenen om snel van je leven af te willen – wat de Russen dan ook en-masse deden met een levensverwachting van 55 jaar (voor mannen). De koude oorlog zou nog enige jaren duren – tot 1989 – en er was voor de doorsnee Ruskie geen enkele reden om ergens een lichtpuntje in het bestaan te verwachten. Je hoefde maar aan een willekeurige Rus te vragen hoe het ermee was, en het antwoord was geheid “плохо!” Je zou daarom toch verwachten dat de Russen somber, introvert en klagerig zouden zijn, maar dat is niet wat ik daar gezien heb; althans, niet noodzakelijk in deze combinatie. Klagen doen de Russen namelijk als de besten. Ze zijn daarin minstens zo goed als Nederlanders.
Ik had daarbij wat hulp, moet ik toegeven. We werden van te voren al “gewaarschuwd” dat de Russen een hele speciale manier hadden om, ondanks de perscensuur en de algehele partij-repressie, toch kritiek te kunnen leveren op het regime; en dat was met behulp van een sterk ontwikkeld gevoel voor humor. Als er ook maar iets in de samenleving gebeurde wat de Russen niet zinde, dan werd daarvan in de kortste keren een grap gebakken, die in een oogwenk het hele land door ging. Zo werd het hart gelucht en lag de kritiek op straat. Op zich is dat een bewonderenswaardige tactiek.
Nu, bijna 30 jaar later, ben ik er niet helemaal zeker van hoe het nu zit met de ontwikkeling van de humor in Libië die door de Volkskrant wordt aangehaald. Dat die zich ontwikkelt is wel duidelijk. De graffiti van Khadafi die je hierboven ziet is erg geinig en kunstig, maar ook pas mogelijk sinds die sodemieter de controle niet meer heeft over de stad waarin deze muur zich bevindt. Dat zegt mij in ieder geval dat humor niet het wapen van keuze van de Libiërs was om enige mentale draaglijkheid van het regime te bevechten. Mij verrast dat in het geheel niet.
Arabieren hebben een notoir groot gebrek aan humor. Dat ligt denk ik aan het veel te ruime ego dat de meeste Arabische mannen moeten hebben. En als er iets funest is voor een goed gevoel voor humor, dan is het wel een overmatig ego.” Dat ego is ze weer – naar mijn mening – aangesmeerd door die religie van ze die geen ruimte lijkt te laten voor flexibiliteit in denken. Er zijn hele bibliotheken vol tekstverklaringen die het heilige schrift uitleggen voor Achmed met de Theedoek, die zich daar nog naar lijkt te voegen ook.* Dat geeft volgens mij aan dat eigen inzicht niet erg gewaardeerd wordt. En waar eigen inzicht niet wordt gewaardeerd ontstaat een sterk autoriteitsgericht (volks-)sentiment, en dat vereist weer grote ego’s. Als die er namelijk niet zouden zijn, dan zou het algemene denkvoorschrift vrij rap verwateren, wat weer vrij-denken in de hand zou werken – waarmee de deur voor een gedevieerd cultuurbeeld op zijn minst op een kier gezet zou worden. En dat willen die Arabieren niet. Duidelijk, toch?
Voor de volledigheid zou ik hier de suggestie willen doen dit fenomeen eens in onze eigenste bijbel-belt te testen. Ik word al een hele tijd onpasselijk van de oud-Hollansche christelijke zelfingenomenheid, die ik vaak ben tegengekomen in de vermomming van – je raadt het al – enorme ego’s die een werkelijk braakopwekkende zelf-overtuiging ten toon spreiden. Het is die betweterige en rotsvaste overtuiging dat god bestaat en dat hij de zwarte-kousen christen heeft uitverkoren, die deze mensen die super-irritante wereldvreemde grijns op hun gezicht geeft, waarmee zij laten zien hoe zeer zij alles wat hun geloof niet deelt minachten.
Maar ik dwaal af. Het is mijn bedoeling om met dit betoog in de richting te gaan van een uitspraak als: “Humor moet je leren, dat zit niet automatisch in je…” of zoiets. En je hebt er tijd voor nodig. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor democratie en intellect. Die worden door ons wel bijna als een universeel cultureel gegeven beschouwd, maar dat zijn ze niet. En als we (pluralis majestatis) de tekenen goed interpreteren, dan is het misschien zo dat Arabieren wel een gevoel voor humor kunnen ontwikkelen, maar dat ze daarvoor eerst meer dan 40 jaar onderdrukt moeten worden met een iets bredere repressie-methodiek dan iets dat alleen op de Koran gestoeld is. Dat treft: met zijn groene boekje, dat misschien net als de rode tegenhanger van Mao bestaat uit een kruising van volstrekt gedebiliseerde pseudo-filosofie en tips uit de lokale Enkhuizer Almanak, heeft Khadafi misschien wel de ideale voorwaarden geschapen voor het ontstaan van een authentieke Arabische Humor! Als dat zo is, dan heeft hij toch nog iets goeds voor elkaar gekregen.
We zullen het snel zien, hoop ik, als die gevaarlijke gek en zijn clan het veld geruimd hebben en de Libiërs zich cultureel volledig en vrij kunnen ontplooien. Wie weet of daar het humor-bolwerk van de Arabische wereld gaat ontstaan. Ik hoop van wel; de wereld heeft het nodig…
*) Dit geldt natuurlijk niet voor de seculiere moslim, die zelf nadenkt en zijn eigen gang gaat. Daarvan hebben we er veel meer nodig dan er nu in de Arabische wereld lijken rond te lopen.…