Als mij gevraagd wordt of ik religie – wel of niet opgeleukt met een god – kan begrijpen en accepteren, dan is mijn antwoord altijd “ja”. De reden is simpel: religie is een culturele entiteit die diep vervlochten is met alles wat wij beschaving noemen. Onze geschiedenis en cultuur zijn dus onlosmakelijk met religie verbonden en zijn ook nooit meer uit ons systeem weg te denken. Een Orwelliaanse geschiedenis-editor zou zoiets wellicht voor elkaar krijgen, maar de dystrofie van 1984 is dan waarschijnlijk wel een vereiste. Stel de vraag of dat gewenst is aan elke rabiate atheïst en je krijgt – ik durf dat zonder enige reserves te stellen – een ontkennend antwoord.
Ofwel, ook die atheïsten zullen het voorlopig met een religieus residu in onze samenleving moeten doen, dat nog een heel erg lang leven beschoren is. Die persistentie is ruimschoots gedemonstreerd in de oude Sovjet Unie en al haar satellieten. Ik vermoed dat de katholieke en de orthodoxe kerken na een decennialange repressie door de “communisten” nog nooit zo sterk zijn geweest in het oude Warschaupact.
Enter: “Made in Europe” van de VPRO, gepresenteerd door de Belgische schrijver Dimitri Verhulst. Ik heb daar zondag eens naar zitten kijken, omdat ik wist dat hij Marina Abramović een keer in zijn serie zou hebben en geen enkele gezonde man met een werkende stel testikels wil dat natuurlijk missen. Ik dus ook niet. Jammer genoeg ging het afgelopen zondag niet over haar, maar over religie. Ondanks deze set-back ben ik toch maar blijven kijken. De aflevering op zich vond ik niet erg boeiend, maar op een gegeven ogenblik maakt Verhulst dan toch een opmerking die me bijbleef. Hij zei (ik parafraseer): “.…de bijbel had wel een betere redacteur kunnen gebruiken…” Het was even schrikken voor me, want dat is leuk opgemerkt, maar het slaat helemaal nergens op.
De bijbel is een canon van boeken die over een lange periode van tijd door een heleboel mensen in elkaar is gezet. De redacteur is dus een redactie en de bijbel is daar niet op een achternamiddag uit gekomen. Maar op zich is dat niet wat me het meest stoorde aan Verhuls’ opmerking. Wat ik erger vond is het gemak waarmee hij religie wegzette als een obsolete curiositeit, die zijn houdbaarheidsdatum ver voorbij is, want dat is een buitengewoon simplistische misvatting. Wat religie wel is heb ik hierboven al beschreven en in die zin is het – voorlopig de komende paar honderd jaar – niet weg te denken uit ons leven. Religie is een overlevingsmechanisme dat in onze hardware zit en is dus niet op korte termijn weg. Daarnaast zit het op cultureel niveau zo diep en complex in onze samenleving verweven dat het nauwelijks weg te krijgen is. De keuze tegen religie die door elke atheïst gemaakt wordt (ook door mij) kan dus alleen persoonlijk zijn en zal voorlopig niet globaal aanslaan. Secularisatie gaat nu eenmaal heel erg langzaam waarbij het heen en weer beweegt. Ik zie religie daarom de komende 1.000 jaar echt niet verdwijnen.
Het is misschien maar goed ook. Ik hoor vaak de opmerking dat bijna alle conflicten op de wereld religieus geïnduceerd zijn. Dat zou kunnen, maar de morele constructie waarmee je mag hopen dat elk individu door zijn sociale basis uitgerust wordt is dat ook. Als je dat verhaal heel kort maakt, dan heeft – met de huidige confessionele staat van de wereld – nog vrijwel iedereen van (een plaatsvervanger van) god geleerd dat je niet mag stelen, moorden of je buurvrouw mag bipsen en dat je mededogen voor je medemens moet hebben. Alleen zij die uit een langstaand atheïstisch nest komen zijn daarvan enigszins verschoond. Je kunt dus vinden van religie wat je wilt, maar voorlopig fungeert het wel als een effectieve spiegel waaraan ik kan afmeten of iemand wel weet hoe het hoort in het leven. In dat licht is nog iets anders erg belangrijk: het is voor atheïsten nog steeds heel moeilijk om op rationele en niet-religieuze basis een fundament voor moraliteit te leggen. Sam Harris heeft het geprobeerd, maar zijn methode is nog erg omslachtig. We zullen het voorlopig dus met god moeten stellen.
Ik heb er wel eens iets uitgebreider over geschreven, waarbij ik stel dat ik religie niet behoef te respecteren. Daarop ben ik ondertussen – zoals uit latere aantekeningen blijkt – teruggekomen. Evenwel zou ik bij mijn laatste observatie hierboven graag eens feedback willen hebben van een verstokt anti-religieuze hyper-seculiere atheïst, die me gaat uitleggen dat ik er naast zit en vroeger toch beter wist. Any takers?
Tsja Bert, je hebt wel een paar punten. Ik dacht ook religie en god duidelijk gescheiden te hebben, maar dichterlijke vrijheid laat hier en daar anders vermoeden. Het is inderdaad wel een belangrijk onderscheid om te maken. Voor hen die god als verklaring of sociaal kompas gebruiken om anderen af te knijpen heb ik ook geen enkel respect. Voor dat plastic trouwens wel, maar dan vooral als complex probleem. Gelukkig is het tastbaar en oplosbaar. Dat is met het probleem god wel anders…