Wat alleraardigst is dat biologische onderzoek toch soms. Vooral bij onze genetische hardloopvrienden de fruitvliegjes, die met hun elkaar op mitrailleursnelheid opvolgende generaties menig genetisch geëxperimenteer hebben gefaciliteerd. Het is een zeldzame vorm van onbaatzuchtigheid, wat die kleine makkers daar ten toon spreiden – seks voor de wetenschap.
De fruitvlieg – of beter, de bananenvlieg, Drosophila melanogaster – plant zich in zo’n hoog tempo voort, dat dit insect zich uitstekend leent voor erfelijkheidsonderzoek. Binnen no time heb je een significant aantal generaties van het beestje – geboren uit een P1 die op specificatie geselecteerd en soms gemodificeerd is – waarna je het op uiterlijke kenmerken kunt analyseren. Dat is geen geringe prestatie, zou je zeggen.
Maar, er is meer. Die kleine diertjes lijken warempel nog meer op ons dan ik dacht. Althans, dat vermoed ik. Niet dat ik mij op de een of andere manier aangesproken voel door het inzicht, maar deze vliegjes blijken er nog een aardig menselijke eigenschap op na te houden ook. Want wat lees ik in de Volkskrant van vandaag:
“Als mannelijke fruitvliegen geen seks krijgen, zoeken ze troost bij alcohol. Seksueel tevreden mannenvliegjes hebben duidelijk minder behoefte aan alcohol, schrijven Amerikaanse wetenschappers donderdag in vakblad Science. Seks activeert net als alcohol een beloningscentrum in de hersens. De conclusies kunnen wellicht helpen om drankzucht bij mensen beter te verklaren en te behandelen.”
Zo, dat weten we dan ook weer. Eindelijk hebben we de meest werkzame therapie voor alcoholisme te pakken, denk ik dan. Wellicht werkt dit net zo goed als LSD. Want wat moet een rechtgesnaarde alcoholist – zo impliceren de Amerikaanse wetenschappers – doen om van zijn drankgewoonte af te geraken? Precies! MEER SEKS! (Of meer LSD, maar daar wil ik vanaf wezen…)
Er vallen behoorlijk wat dingen op hun plaats ineens. Als ik mijn beloningscentrum gekieteld wil hebben dan kan dat met seks. Het heeft kennelijk zin. Onze evolutie heeft toch mooi ons egoïstische welbevinden direct gekoppeld aan de geslachtsdaad. En waarom verbaast mij dit eigenlijk niet? En waarom vind ik het eigenlijk niet raar dat allerlei andere genotsmiddelen die plaats kunnen innemen? Waarschijnlijk omdat ik de hogere functies van onze egovorming als een directe afgeleide van onze fysieke stimulatie wel aannemelijk vind.
Het opent perspectieven. Er zijn misschien meer makken die als sneeuw voor de zon verdwijnen bij gezonde, regelmatige en goed gedoseerde seks. Ik ben er helemaal voor om daar eens goed in te duiken. Dus heren en dames wetenschappers: doe je best! En voorzie ons van de broodnodige hypotheses die acuut getest moeten worden. Het zou toch aangenaam zijn als blijkt dat veel dure therapie – die nu ook nog eens lijdt onder een verhoogde eigen bijdrage bij de ziektekostenverzekering – gewoon kan worden vervangen door een fikse vrijpartij…