Notitie voor toekomstige referentie: ik moet een boek kopen, en wel dat van Frederick Crews, handelend over de eeuwige charlatan, overgewaardeerde prutser, pseudo-wetenschapper, cocaïne-junkie en moederskindje Sigmund Freud.
Nee, ik ga dat anders zeggen. Ik heb mij zojuist het boek “Freud, the making of an illusion (2017) van Frederick Crews aangeschaft, want ik wil wel eens systematisch op de hoogte gebracht worden van het reilen en zeilen van deze nep-psycholoog.Het is mij al heel lang duidelijk dat deze man de bekendheid die hij al zo lang geniet niet verdient, maar ik wil het nu goed weten. Regels zijn tenslotte regels en ze hebben consequenties: wetenschap moet echt en betrouwbaar zijn en daarom worden al jaren lang frauderende onderzoekers genadeloos aan de schandpaal genageld. En terecht. Weet iemand toevallig wat Diederick Stapel tegenwoordig uitspookt?
Als Freud nu had geleefd en gewerkt, dan was hij niet gekwalificeerd geweest en was hij ondergeschoven in de wereld van de zwevers en de kwakzalvers. Helaas heeft men in het vooroorlogse Wenen verzuimd deze exercitie uit te voeren. Wellicht heeft dat te maken met de geest van de tijd op die plek. Het zat daar vol met zeer twijfelachtige sujetten, zoals H.P. Blavatsky met haar bizar onwezenlijke theosofie, haar bipslikkende sufferd Rudolf Steiner met zijn slappe aftreksel van de theosofie – de antroposofie – en dan nog een keur aan notoire mafketels waarvan Adolf Hitler er slechts eentje was.
Freud heeft nog steeds gezag en niet bij de minste mensen. Gelukkig verliest hij dagelijks terrein en wordt hij door een meerderheid van denkers in het veld al niet meer serieus genomen. Wie nog in hem gelooft moet als precies dat worden beschouwd: een gelovige en geen houtsnijdende wetenschapper. De spoeling wordt echter dunner en dunner en ik maak me sterk dat Crews Freud de laatste genadeslag zal geven. Het wordt tijd voor een generatie gamma-wetenschappelijke specialisten die niet is besmet met het uit de lucht gegrepen gedachtegoed van deze rare snuiter. Dat hij nog voorkomt in sommige tekstboeken is al stuitend genoeg. Dat er nog steeds “therapeuten” zijn die hem serieus nemen is nog veel stuitender. Ik zou het iedereen willen aanraden, maar ik weet wat me te doen staat: Als ik ooit bij een therapeut terecht komt, dan vraag ik eerst naar zijn/haar positie ten opzichte van Freud, om te kijken of ik niet toevallig met een kwakzalver te maken hebt.