Het is een bedroevend bericht dat ik bij Reuters zie. En ik had nog wel een klein beetje hoop voor ze, die Grieken. Nu niet meer. Ze gaan ten onder – zo lijkt het – aan hun eigen eigenwijsheid.
Ik heb altijd begrepen dat de Grieken twee smaken toekomst hadden na hun frauduleuze begrotingsdebacle: een met veel armoede en een met meer armoede maar ook zonder kansen. Het is voor die laatste optie dat ze nu lijken te kiezen. De eerste optie was geweest om in het Euro-pact te blijven en met een enorme rente- en schuldenlast binnen deze zone te blijven opereren – en vervolgens te hopen op betere tijden of een wonder. De Grieken kiezen echter voor het verlaten van de Euro en de bijbehorende val naar een economie van Albanese magnitude. Althans, dat zeggen de tekenen rond de aanstaande verkiezingen voor een nieuw parlement in Athene.
Het is wat wrang om onder deze omstandigheden te zien dat de ultra-linkse partijen eindelijk een keer voet aan de grond krijgen in het moderne Europa. Ik had dat liever zonder de crisis gezien, maar misschien kan dat helemaal niet. Misschien is extreem links net zo afhankelijk van die ellende als extreem rechts dat is. Er zit wel een soort logica in. En die extreem linksen, hoe sympathiek ze politiek ook mogen zijn, snappen geloof ik niet helemaal op welk zwarte gat zij hun land straks laten afstevenen. De Grieken zelf blijven ondertussen maar denken dat Europa ze niet uit de Euro zal schoppen. Het is die misvatting die ze straks mee naar de stembus zullen nemen en die hen het genadeschot zal geven. Kortom: Griekenland is heel hard op weg naar de nieuwe Drachme, willens en wetens, maar op de een of andere manier toch nietsvermoedend.
Het is een tragedie, waarlijk zoals ze zich daar in Griekenland al zo lang voltrekken. Alleen dit keer gebeurt dat niet op het podium van een pittoreske Agora, maar op het internationaal politieke- en het nationaal economische toneel.