Stel je voor: ik zit op de bank en doe samen met mijn dame net alsof televisiekijken normaal is. De reden voor dit spanningsloze vertier is niet omdat er niets beters te doen valt op onze zeldzame gezamenlijke avonden, maar omdat er iets leuks te zien is. We smokkelen daarbij wel een beetje: we kijken DVD en geen live TV. Dat scheelt toch.
De tijd die ik regulier heb ingeboekt om deze column te schrijven – een exercitie waarmee ik probeer mijn brein op gang te houden door er rechtlijnige formuleringen over kromme onderwerpen uit af te dwingen – wordt momenteel opgevuld door de bezigheid die hierboven staat: we zijn de gehele serie van “Californication†aan het bekijken. Op de rol voor deze week: het complete eerste seizoen.
“Zet de drang om toch een uitgebreid epistel op papier te zetten voor dit blogje even opzij en ga gewoon zitten….†hoor ik mijzelf tegen mijzelf zeggen terwijl de DVD de machine inglijdt. Leuk is dat toch. Ik schrijf dit gewoon op en doe alsof het “echt†is. Een oplettend iemand zou opmerken dat dit niet kan, maar dat boeit nauwelijks. De hoofdzaak is dat ik mijn schrijftijd pijnloos inruil voor kijktijd, en dat kan omdat het zo retengoed is wat we zien. Ooit gehoord van die serie, Californication?
Ik dus niet (echt) tot een week geleden, toen een kompaan me een afleveringetje of twee liet zien op een vrijdagse bier-met-paffertje avond. En ik was gelijk verkocht!
Californication gaat over de van New York naar Los Angeles wegverhuisde schrijver – met een aantal succesvolle romans op zijn naam – Hank Moody, die in het filmsterrendom van California geen letter meer op papier krijgt. Een van zijn boeken is verfilmd en daarmee naar zijn mening zo verkracht dat hij van de weeromstuit niet meer voor elkaar krijgt dan roken, drinken en zichzelf verdrinken in “a sea of cheap pussy….†(Of komt dat omdat de vrouw van zijn leven bij hem weg is gegaan…?) Om zijn talent echter niet geheel te laten verpieteren wordt hij door zijn vrienden – die weten wat voor een kwaliteit vlees zij met Moody in de kuip hebben – overgehaald om een webLOG te schrijven; iets waaraan hij een broertje dood heeft omdat het zo profaan afsteekt tegen het schrijven van een echt boek.
“Tell me about it….†denk ik dan. Ik zou ook wel een echt boek willen schrijven, maar ik zou niet weten waar ik een nietsvermoedend publiek een paar honderd pagina’s mee zou kunnen bezighouden. Met het neerpennen van een paar streepjes blogtekst per dag en een “hoofdartikel†per week heb ik vooralsnog geen moeite. Het houdt de omgeving lekker rustig. Ik kan zo namelijk een basismildheid volhouden die ik zonder mijn schrijverij waarschijnlijk niet gehad zou hebben. Ik zou toch een stuk expressiever worden met mijn mening, maar dan vooral in het wild. Hier in cyberspace kan iedereen het gewoon links laten liggen als hij dat zou willen.
Waar het natuurlijk echt om gaat is dat het buitengewoon aangenaam is om me met David Duchovny te amuseren over de wijdverbreide koeigheid van de mensheid. Inderdaad, dat is die gast van de “X-filesâ€, een serie die mij toch een paar bruggen te ver was omdat het allemaal iets te zweverig werd aangezet, die samenzweringsellende en die schaduwmachten in Washington. Hoe anders is het nu. Hank Moody is geen half-paranoïde FBI agent maar een dynamische intellectueel met een zware zak (dat dan weer wel, vandaar de naam Cali-fornication) die in een heel echt lijkende wereld heel echt lijkende dialogen voert met de heel echt lijkende karakters om hem heen. Kort gesteld: het lijkt allemaal erg realistisch en menselijk, wat daar in die serie gebeurt. Dat is een significant verschil met al die andere niemendalletjes, die misschien wel een specifieke genresmaak kunnen bedienen, maar waarvan de karakters zo ver van de werkelijkheid af lijken te staan dat je je er nauwelijks mee kunt identificeren.
Vooral dat laatste gaat me erg goed af. Ik kan me uitstekend indenken hoe Hank Moody in zijn leven van vrouwen- en drugsverslindende en geblokkeerde schrijver – maar zeer innemende en uitstekende vader – moet staan. Dat is overigens wel een gespiegelde projectie, want ik verslind noch vrouwen noch drugs en ik heb ook geen schrijversblok. Ik denk wel dat ik een voortreffelijke vader ben natuurlijk.
Nog een voordeel: ik vermoed dat Californication niet echt voor de Amerikaanse markt gemaakt is, omdat er – net zoals in die serie “The Soprano’s†erg ongekuiste dialogen in zitten, waarin niet ge-*pt wordt, maar waar je wel de “fucksâ€, “shits†en “assholes†om de oren vliegen. Geweldig vind ik dat, echte taal…. Bovendien is het damesborstengehalte erg hoog; Amerikaanse preutsheid ga je niet vinden.
Als laatste opsteker: Californication geeft een algemeen kwalitatief sterke indruk. Misschien is dat ook omdat de moeite die normaal in een episode van 45 minuten gestopt wordt nu in een aflevering van iets meer dan 20 minuten (per stuk) gaat. Het kijken van een heel seizoen kost dus net drie vrije avondjes…..
Speaking of which… ik heb nu weer even wat anders te doen.