Volgens de centrum-rechtse premier van Israël Benjamin Netanyahu is het door hem bestuurde land “een natiestaat voor het joodse volk”. Op het eerste gezicht is het” misschien een open deur” die hier wordt ingetrapt, omdat het zionistische principe al uitgaat van de joodse contra-diaspora, die kan worden bewerkstelligd door” alle joden van de wereld te verenigen in hun eigen staat. Dat is tenminste wat Theodor Herzl in 1895 opschreef in zijn boekje “Der Judenstaat”. Wonderlijk genoeg lezen we” dit echter niet zo in de oprichtingsakte van de staat Israël*, zoals David Ben Gurion die op 14 mei 1948 in het Tel Aviv Museum” voorlas. Daarin worden namelijk “jodendom en democratie op één lijn gesteld” aldus oud president en arbeiderspartij-gediende Simon Perez.
Het is een onderscheid van belang. Want de zinsnede die Netanyahu prefereert riekt naar onvervalste apartheid, ooit – ook in 1948 – uitgevonden door de in Amsterdam geboren Nederlander Hendrik Verwoerd, die met zijn bedenksel van alle niet blanke Zuid-Afrikaanse inwoners” tweede- derde- en zelf vierderangs burgers maakte. Verwoerd was nog niet eens een racist, zeggen velen. Hij vond apartheid een goede manier om iedereen de plaats in de samenleving te geven die hij verdiende, in de tussentijd natuurlijk wel de belangen van de blanke parasieten in het oog houdend. Ik heb echter mijn twijfels.
Misschien is Netanyahu ook geen racist en is het hem ook alleen maar te doen om de Palestijnse burgers van Israël – of van Palestina of Judea zo je wilt – op een effectieve manier op hun plaats te zetten. Maar de wereld lijkt het toch anders te zien. En niet alleen buiten zijn eigen grenzen. Gisteravond kondigde Netanyahu aan dat hij de regering ging ontbinden en de Knesset naar huis zou sturen, omdat hij “geen oppositie binnen het kabinet meer kan tolereren”. Want waarover wordt die oppositie precies gevoerd? Inderdaad, over zijn intentie om in Israël de apartheid in te voeren, middels een wetsvoorstel waarmee” door twee van zijn ministers en heel links-intellectueel Israël de vloer wordt aangeveegd.
De kritiek is niet van de lucht. De hierboven al aangehaalde Perez waarschuwt voor “de ondermijning van de onafhankelijkheidsverklaring en dus de grondslag van de staat Israël”. En wat Netanyahu volgens de huidige president Reuven Rivlin probeert te doen is” “een hiërarchie aanbrengen tussen de twee waarden jodendom en democratie”. Anderen waarschuwen er ondertussen voor dat de Palestijnse minderheid van 20% zal worden gedegradeerd tot tweederangs burgers. Kortom, het is duidelijk dat de naar rechts schuivende Netanyahu steeds minder steun krijgt in eigen land en zich sterker aan rechts probeert te binden. Hierbij zal hij een alliantie met de beduidend onfrissere elementen binnen de joodse samenleving niet schuwen, om zo zijn kamer-quotum te halen. Ik doel natuurlijk op de orthodoxe en fundamentalistische groepen die nog wel een appeltje te schillen hebben met de rest van hun land. Naar verluid zijn die wel bereid om mee te werken, mits er wat praktische zaken geregeld kunnen worden. Om er een paar” te noemen: de afschaffing van de pas recentelijk ingestelde dienstplicht voor ultra-orthodoxe jongeren, die ook in Israël als sociale parasieten gezien worden, de oprichting van meer religieuze scholen en een hoger minimum loon.
Het gaat niet de goede kant op” met Israël, dat maar tegen die drempel net rechts van centrum-rechts blijft hangen. Een kleine geruststelling is dat er oppositie bestaat, zelfs op het hoogste niveau en zelfs binnen het instituut van de president. Maar de vraag is of links op den duur sterk genoeg kan worden om de destructieve politiek van Netanyahu te repareren. Met het ontslag van de ministerraad en het naar huis sturen van de Knesset worden nieuwe verkiezingen noodzakelijk. Netanyahu voelt zich zeker en wil zo” zijn mandaat door het volk laten verstevigen. De vraag is of dat gaat lukken, al laten de huidige peilingen zien dat dit waarschijnlik wel het geval zal zijn. Maar wat ook kan gebeuren is dat links straks met een “landslide victory” naar huis gaat en het zionistisch imperialisme binnen Israël zal worden gekeerd. Althans, dat is de gedachte waarmee ik mezelf voor het moment even blij maak.
We zullen zien. Het moment van de waarheid valt op 17 maart” 2015, waarmee die datum een nieuw hoofdstuk in de Palestijnse onderdrukking” kan inluiden.
*)” De onafhankelijkheidsverklaring van de staat Israël:
Het land Israël, Palestina, is de geboorteplaats van het Joodse volk. Hier werd zijn geestelijke, religieuze en politieke identiteit gevormd. Hier verwierven ze onafhankelijkheid en schiepen een cultuur van nationale en internationale betekenis. Hier schreven zij en gaven de bijbel aan de wereld.
Door dit historisch besef gedragen, zijn de Joden door de eeuwen heen naar het land van hun vaderen teruggekeerd om hun erkenning als natie te herwinnen. Gedurende de laatste decennia zijn zij in groten getale teruggekeerd. Ze hebben het woestijngebied ontgonnen, hun taal tot nieuw leven gewekt, steden en dorpen gebouwd en een voortdurend groeiende gemeenschap met een eigen economisch en cultuur leven gevestigd. Ze zochten vrede, maar waren erop voorbereid zich te verdedigen. Ze hebben aan alle inwoners de zegeningen van de vooruitgang gebracht. Zij streefden een onafhankelijke staat na, daartoe opgeroepen door de geestelijke vader van de Joodse staat, Theodor Herzl, die het Eerste Zionistische Congres bijeen riep, en het recht van het Joodse volk afkondigde op een nationale wedergeboorte in wat zij zagen als hun eigen land.
Dit recht werd erkend door de Balfourverklaring op 2 november 1917 en bevestigd door het Mandaat van de Volkenbond, dat uitdrukkelijk de internationale erkenning gaf aan de historische verbondenheid tussen het Joodse volk en het land Palestina en het recht van het Joodse volk hun nationale tehuis te herbouwen.
De moordpartijen van de moderne tijd, waarbij miljoenen Joden het leven lieten, bewezen opnieuw de noodzaak het probleem van het gebrek aan een eigen thuis op te lossen door Israël als Joodse staat te hervestigen, die de poorten voor iedere Jood zou openen en de Joden een gelijkwaardige status te midden van alle andere volken zou geven.
Na verbannen te zijn uit het land” [in het jaar 70 AD door de Romeinen – CES]” bleef het volk daaraan trouw in de Diaspora en hield nooit op met bidden en hopen op een terugkeer en een herstel van zijn politieke vrijheid.
Overlevenden van de nazi Holocaust in Europa, evenals Joden uit andere delen van de wereld, gingen voort met de migratie naar het land Israël, onverschrokken ondanks moeilijkheden, beperkingen en gevaren, en hielden nooit op met het nastreven van hun recht op een waardig leven, vrijheid, en een rechtvaardig bestaan in hun eigen thuisland.
In de Tweede Wereldoorlog heeft het Joodse volk van Palestina ten volle zijn bijdrage geleverd in de strijd van de vredelievende naties tegen boosaardige krachten van de nazi’s. Door het bloed van haar soldaten en haar oorlogsinspanningen heeft zij het recht verdiend erkend te worden als volwaardig lid van de Verenigde Naties.
Op 29 november 1947 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een resolutie aangenomen waarin werd gesproken over de vestiging van een Joodse staat in het land Israël. De Algemene Vergadering wenste van de inwoners van het land Israël dat zij de benodigde stappen ondernamen voor de uitvoering van de resolutie. Deze erkenning van de Verenigde Naties van het recht van het Joodse volk een eigen staat te vestigen is onherroepelijk.
Dit recht is het natuurlijke recht van het Joodse volk om zeggenschap te hebben over hun eigen bestemming net als elke andere natie – in haar eigen soevereine staat. Zodoende zijn wij, leden van de Volksraad, vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap in het land Israël en de zionistische beweging, hier vergaderd om op de dag van de beëindiging van het Britse mandaat over het land Israël, gesteund door ons natuurlijke en historische recht en gemachtigd door de resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, de vestiging van een Joodse staat in het land Israël die de naam Israël zal dragen, af te kondigen.
Wij verklaren dat vanaf het moment van de beëindiging van het Britse Mandaat vanavond, de avond van de Sabbat, 15 mei 1948, tot de benoeming van de nieuwe verkozen autoriteiten in overeenstemming met de grondwet die niet later dan op 1 oktober 1948 zal worden aangenomen door de gekozen vertegenwoordigers van het volk, de Volksregering zal optreden als de tijdelijke machthebbers en het uitvoerende orgaan, de Volksraad, zal functioneren als tijdelijke regering van de Joodse staat genaamd Israël.
De staat Israël zal openstaan voor immigratie van Joden uit alle naties; zal de ontwikkeling van het land benutten ten gunste van al zijn inwoners; zal gebaseerd zijn op het principe van vrijheid, gerechtigheid en vrede volgens de profeten van Israël; zal volledige sociale en politieke gelijke rechten handhaven voor al zijn burgers, ongeacht geslacht, ras of sekse; zal vrijheid van godsdienst, geweten, opvoeding en cultuur garanderen; zal de gewijde plaatsen van alle godsdiensten handhaven en zal nauwgezet de principes van het Handvest van de Verenigde Naties in acht nemen.
De staat Israël is bereid samen te werken met de afdelingen en vertegenwoordigers van de Verenigde Naties om de resolutie van de Algemene Vergadering van 29 november 1947 uit te voeren, en zal stappen ondernemen om een economisch systeem voor heel het land Israël te verwezenlijken.
We roepen de Verenigde Naties op het Joodse volk te helpen bij de opbouw van de staat en om de staat Israël op te nemen in de gemeenschap van de naties. Te midden van moedwillige agressie willen we de Arabische inwoners van de staat Israël vragen de wegen van vrede te bewandelen en hun deel bij te dragen aan de ontwikkeling van de staat, op basis van volledig en gelijkwaardig burgerschap en een behoorlijke representatie in al haar geledingen en instellingen.
Wij reiken, zoals het goede buren betaamt, in vrede en vriendschap de hand aan alle omringende landen en hun volkeren en nodigen hen uit samen te werken met het soevereine Joodse volk in hun eigen land. De staat Israël is bereid haar deel bij te dragen in een gezamenlijk streven naar vooruitgang van het gehele Midden-Oosten.
Wij roepen het Joodse volk in de Diaspora op zich rondom de Joden in het land Israël te scharen in hun werk van immigratie en herbouw en naast hen te staan in hun grote worsteling van de realisatie van een oude droom, de bevrijding van Israël.
Met vertrouwen op de Rots van Israël zetten wij onze handtekening onder deze proclamatie op deze zitting van het Voorlopige Bestuur van de Staat, op de bodem van het vaderland, in de stad Tel Aviv, op de avond voor de Sabbat, de vijfde Ijar 5708, oftewel 14 mei 1948.