Het is prominent in het nieuws: Griekse Anarchisten zijn bezig met een bommencampagne die de ambassades van allerlei mogendheden in Athene trakteert op explosief-gevaarlijke post. Een incidenteel pakketje gaat ook de grens over en belandt zelfs op de postkamer van de Duitse rijks-kanselarij. Ook andere Europese steden – zoals Bologna, hoor ik zojuist – zijn niet meer veilig.
Nu mogen ze in Duitsland wel ervaring met nipt aan aanslagen ontsnappende Opperhoofden hebben, maar naar mijn smaak gaan die Grieken nu dus echt veel te ver.
Bommenleggers zijn sukkels. Meer kan ik er niet van maken. Het zijn lafaards die in de betrekkelijke veiligheid van hun hobbykelder een explosief in elkaar draaien om daar vervolgens volstrekt willekeurig slachtoffers mee te maken. Ik zeg betrekkelijk, omdat er van die wijsneuzen zijn die zo weinig snappen van het risico dat vast zit aan het fabriceren van springstoffen, ontstekingsmechanismen en aflever-technieken, dat ze zichzelf nog wel eens per ongeluk willen opblazen. “Opgeruimd staat netjes,” denk ik dan. Maar toch: het zal je buurman maar zijn en jij hebt het net aangelegd met zijn dochter. Op een jammerlijke manier komen beiden om het leven door het gepruts van papa. Het zou toch dood-zonde zijn?
De bermbom-makers in Afghanistan: dat is ook zo’n stelletje zieke geesten. Ze zijn net iets te laf om een echt, vol, grote mensen leven te leiden, waarin ze verantwoordelijkheden dragen – en zich niet in hun achterste laten nemen door de lokale krijgsheer. Want dat is natuurlijk te veel gevraagd. Nee, wat ze wel kunnen is met hun kont omhoog en het aarsje open, instructies ontvangen over welk konvooi ze nu weer met hun slappe-lul tactieken moeten aanvallen. Lafbekken zijn het, met hun ge-AllÄhu Akbar, allemaal.
Je gaat je toch afvragen wat er mis is met die lui. Zou het een gelobotomeerd geweten zijn? Ik heb me wel eens verdiept in de rationale achter het geweld van die Rote Armee Fraktion in het Duitsland van de jaren 70. Ik was toen nog kind en jeugdig en kon me wel iets voorstellen bij de romantiek van de radicale anti-imperialistische strijd. Maar goed, je bent jong en je weet nix. Zo werkt dat nu eenmaal. Nu weet ik beter dan dat je de wereld kunt veranderen door vrouwen en kinderen in warenhuizen naar het hiernamaals te blazen. Ik heb het boek gelezen en de film gezien: ook de R.A.F. met de Führer-geile pseudo-strijders Andreas Baader en Ulrike Meinhof kan ik niet anders typeren dan als een mislukt stelletje, uit een luxe nest gekropen nep-militaire minkukels, dat het aan een echt front waarschijnlijk nog geen 2 seconden zou uithouden.
In de stripwereld worden Anarchisten regelmatig afgebeeld in zwarte capes met onder hun arm een bom met brandende lont, klaar om hun volgende doelwit te bestoken. De Grieken, die nu de arme lui van de koeriersdiensten de stuipen op het lijf jagen hebben goed gekeken naar dit literaire stereotype.” Maar als je er beter over nadenkt dan is het gebruik van dat soort geweld niet iets wat dicht bij het gedachtegoed van de doorsnee Anarchist hoeft te liggen. Ik ken er eentje van héél dichtbij, en die laat zich meer charmeren door voorgangers als Errico Malatesta, die de gewelddadigheid van zijn revolutionaire tijdgenoten – zoals Peter Kropotkin bijvoorbeeld – resoluut afwees en de nadruk legde op innerlijke zelfbevrijding als opmaat naar een sociaal-anarchisme van het geweldloze soort. Althans, tegen mensen dan…
Kijk, daar kun je nog eens iets van leren: het gebruik van geweld tegen het onschuldige volk op de straat, als chantagemiddel tegen de schuldige staat, is een heilloze, doodlopende weg, die eigenlijk alleen door idioten wordt bewandeld. En bovendien: het staat volkomen haaks op het doorgaans positieve mensbeeld dat de rechtgesnaarde Anarchist zou moeten hebben.
Afijn, we zijn weer terug bij de Grieken. Ze weten wel hoe ze de aandacht moeten trekken. Eerst spoelen ze bijna de gehele Eurozone door de plee met hun financiële mismanagement, waarop ze door de sterkere broeders van een zekere ondergang worden gered. En als dank keert de ultra-linkse onderbuik zich vervolgens als een wilde tegen de hand die hem voedt.… Het moet niet veel gekker worden. Ik had nog wel de illusie dat die Grieken iets begrepen hadden van “economie” en “politiek”, waarvan zij toch de eerste naamgevers zijn. Net zoals Hollanders, die allemaal kunnen fietsen en zwemmen…en een joint kunnen draaien.
Ik ben diep teleurgesteld. De Griekse Anarchisten, die deze mooie klassieke oudheid – met al die grote denkers – als voorbeeld hebben, zijn net zulke onderkruipsels als de bermratten van het huidige Afghanistan. Hebben ze daarvoor nu het Kolonelsregime overleefd? Of is het de latente invloed van de oervader van de tirannie met zijn Koning-Wijsgeer-Führer: Plato? We zullen het waarschijnlijk nooit weten.