Ik zat gisteren naar het nieuws te kijken naar een item over de doodgeslagen grensrechter Richard Nieuwenhuizen, die afgelopen zondag tijdens de wedstrijd SC Buitenboys B3 – SV Nieuw Sloten B1 dusdanig werd mishandeld door spelers van Nieuw Sloten dat hij een dag later overleed. Dat was dus berichtgeving over iets wat al vijf dagen in de pers rondzwierf. Op zich niets bijzonders, maar één ding viel me wel op, en dat is dat ik voor de eerste keer doorkreeg dat het verachtelijke feit door Marokkaanse en Antilliaanse jongeren werd gepleegd. Die verwijzing naar allochtonen had mij nog niet bereikt. Met andere woorden: dat is in de pers ook niet groots uit de doeken gedaan. Waarom niet?
Vandaag lees ik in de Volkskrant het commentaar van Hans Werdmölder, lector Jeugd en Veiligheid aan de Avans Hogeschool, en realiseer me ineens dat we in Nederland kennelijk erg ons best aan het doen zijn om problematisch allochtonengedrag uit het collectieve zicht te houden. Zijn stelling (geparafraseerd):
“We zijn in Nederland doorgeslagen in onze politieke correctheid en durven daarom geen vinger te leggen op het echte probleem van de allochtone jongere. Die weigert te integreren in de Nederlandse samenleving en wil zich niet onderschikken aan de Nederlandse gezagsdragers. Dit is een gevolg van het uiterst negatieve beeld van onze maatschappij, dat ze thuis in hun allochtone enclaves met de paplepel krijgen ingegoten.”
En Werdmölder heeft gelijk. Ik heb het van dichtbij gezien. Van het eigen klein-Italië bij ons thuis, waarin ik mijn jeugd heb doorgebracht, weet ik ook nog wel hoe negatief er over de Nederlanders gesproken werd. En dat was in allochtone kringen overal zo. Nederlanders waren te los, te liberaal en te modern. Veel goeds viel er niet over ze te melden. Maar toch kregen wij Italianen het respect voor het gezag bijna letterlijk naar binnen geramd. Wat we ook van die Olandesi vonden, we waren hier natuurlijk wel te gast en dienden ons navenant te gedragen. Helaas blijkt dat bij de probleem-Marokkanen dus anders te werken. Die leren geen respect te geven, maar eisen het daarentegen wel met een hele grote bek op. In mijn manierenboek is het dan gelijk heel eenvoudig: wie geen respect geeft verdient het ook niet. En wat heeft een snotneus van 16 eigenlijk gepresteerd op basis waarvan hij dat recht respect meent te hebben? Die agressieve macho-eikels die nu onze voetbalvelden onveilig maken, slaan schijnbaar met elke nieuwe generatie weer een stukje losser. Waarom moeten die agressieve pisventjes precies respect krijgen?
Ik bespeur met de tragische dood van Richard Nieuwenhuizen een lichte ontwaking voor het blote feit dat we hier in Nederland iets structureels moeten gaan doen aan de” allochtone klootzakken die hier onze samenleving komen verpesten en aan onze veiligheid vreten. Het commentaar van Werdmölder in de Volkskrant vandaag is een mooi beginnetje. Eindelijk lijkt het er op dat het publiek, de politiek en misschien zelfs de wetenschap, oog krijgt voor het feit dat een jong, allochtoon en mannelijk element, dat geen enkel respect kan opbrengen voor onze fatsoensnormen en culturele waarden, een regelrecht risico vormt voor onze samenleving. En als dat gespuis zich dan ook nog in roedels beweegt, dan is het hek helemaal van de dam. Ik heb daar wel een idee over. Het is zaak dergelijke elementen zo snel mogelijk uit onze samenleving te verwijderen.
Het wordt tijd dat het gewoon gezegd wordt, en ik kan dat ook gewoon maken, omdat ik zelf een niet-Nederlandse achtergrond heb: die jonge kut-buitenlanders, die zich zo afzetten tegen de Nederlandse samenleving, kunnen wat mij betreft GEWOON OPROTTEN naar hun eigen land! Zo, hè hè. Dat is er uit.